Voor het eerst stond vorig jaar een Afrikaanse woestijnrockplaat op een podiumplek in de eindlijst van OOR. Helemaal te gek. En gerechtvaardigd, want Afrique Victime van Mdou Moctar is van uitzonderlijke klasse. Maar er is de laatste jaren nog meer ongenaakbare muziek uit de Sahara gekomen. Met dank aan Tamikrest, Afel Bocoum, Kel Assouf en de onvermoeibare veteranen van Tinariwen. En nu is er het derde album van Imarhan.
Het Toeareg-vijftal uit het zuiden van Algerije gebruikt Aboogi als titel omdat dat de naam is van de studio die Imarhan heeft gebouwd in Tamanrasset. Het werken op de eigen opnamelocatie heeft er volgens de Noord-Afrikanen toe geleid dat de muziek meer ontspannen is dan die op de – vanwege restanten tour-adrenaline veel elektrischer aangepakte – voorganger Tenet. Aboogi biedt voortreffelijke woestijnrock en Sahara-folk met exquise samenzang (m/v), diverse soorten gitaarwerk en indrukwekkende solozang. Die is niet zozeer afkomstig van de in het Welsh zingende Gruff Rhys, als wel van andere gastvocalisten, de Soedanese Sulafa Elyas en Mohamed Ag Itlale. Deze Algerijn gaf kort voor zijn overlijden een nieuwe dimensie aan het woord hees. De prachtstemmen verhalen over moeilijkheden die Toearegs in hun bestaan ondervinden. De taalbarrière houdt die problemen op afstand. Al met al heeft de eerste Afrikaanse muziekparel van dit jaar zich aangediend.