Piet Goddaer vernoemde zijn band en alter ego Ozark Henry naar de hoofdpersoon uit Junkie van William S. Burroughs. Het duurde tot zijn derde album, bijeen geschreven op zijn 30ste destijds, tot hij in Vlaanderen én Wallonië doorbrak. Hij stond met Birthmarks (‘moedervlekken’) in zijn thuisland maar liefst negentig weken in de albumcharts.
Sindsdien scoorden ook de meeste opvolgers platina, maar Birthmarks bleef toch het vlaggenschip van zijn succesvolle armada. De West-Vlaming keerde op dat album terug naar de sfeer uit zijn jonge jaren. Het werd een lofzang aan de eindeloze zomers uit zijn jeugd, ondanks de gevoeligheid voor de zon dankzij die Birthmarks. De songs Word Up, Rescue, Seaside en zeker ook Intersexual blijken exact twintig jaar later nergens ingehaald door de tijd, zowel muzikaal als tekstueel niet, al is laatstgenoemde song nu duidelijk minder vooruitstrevend en voorspellend dan destijds. Nederland bleef altijd wat achter waar het zijn populariteit betreft. Gaat de nieuwe versie van de grootste hit van toen, Sweet Instigator (nu op initiatief van dezelfde A&R-manager die Bløf aan Geike koppelde, als duet met ‘onze’ Ellen ten Damme), daar verandering in brengen? Waarschijnlijk niet. Maar de heruitgave van dit nu ook voor het eerst op vinyl verkrijgbare album, met ook een paar livetracks en een groot aantal prachtige Roof-remixen (door alleskunner Goddaer zelf), is wel degelijk een schot in de roos.