Wanneer je weleens in het oude OOR schrijft dat je de zoveelste commerciële popplaat kut vindt, noemen sommige boze Twitteraars je automatisch een boomer. In hun beleving móet je namelijk een middelbare witte man zijn wanneer je, ik noem maar wat, de nieuwe Beyoncé niet leuk vindt. Daar klopt natuurlijk niets van. En ik ben zelf dan ook geen boomer, maar – net als het merendeel van deze boze Twitteraars – een millennial. Desalniettemin beginnen deze superwokies onbedoeld een punt te hebben.
Er verschijnen namelijk steeds vaker popplaten waar ik mij te oud voor begin te voelen. Waarbij ik me oprecht afvraag: is dit kut of is dit gewoon niet voor mij bedoeld? Demon Time, het nieuwe album van Mura Masa, is zo’n plaat. Het tempo waarop deze Britse producer van hot naar her springt, kan ik in ieder geval niet bijbenen. Hij lijkt honderdduizend kanten op te willen – van jazz naar techno, van latin naar bubblegumpop, van reggae naar r&b – in nog geen dertig minuten tijd. Hij nodigt, in mijn beleving, honderd gasten uit op elf tracks. Demon Time is als een TikTok-feed waar héél snel doorheen wordt gescrold. Of, voor wie niet zo bekend is met TikTok, als zo’n doos met gemengde frituursnacks. Zonder echt te proeven vreet je ze van de schaal en verzadigd raak je nooit.