ABONNEE EN WIL JE VERDER LEZEN?
BEN JE NOG GEEN LID?
Waar The Knife de arpeggio’s overvloedig op je laat neerdalen en even grillig, ijzig als dansbaar kan klinken, zoekt Fever Ray naar eenvoud, warmte en schemering. Spaarzame melodielijnen en sluipende beats, soms in schaamteloze Massive Attack-stijl (Concrete Walls), geven de tekstdichteres in Dreijer Andersson de ruimte voor het vinden van een balans tussen het alledaagse en het verhevene, zaken die in Seven zelfs heel mooi naast elkaar blijken te kunnen bestaan: ‘We talk about love, we talk about dishwasher tablets, illness / And we dream about heaven.’ En intussen mag ze natuurlijk, net als in The Knife, graag spelen met haar voice transformer, zodat ze soms als een kerel, soms als een horde boze trollen en soms als een opstandige tiener (single When I Grow Up) klinkt. En dat geprononceerde Björkiaanse accent waarmee ze zingt – ach, wie The Knife waardeert, weet dat dat er allemaal bijhoort. Het zit deze intrigerende, sfeervolle plaat dan ook geen moment in de weg. ERIK VAN DEN BERG