Voor een band wiens werk zowel visueel als productioneel zo dichtgetimmerd zit, heeft Ghost een verrassend steady output. En dat terwijl bandleider Tobias Forge tijdens het opnameproces van Prequelle vaker in de rechtbank leek te zitten dan in de studio. De inzet: royalties en de aantijging dat Forge van Ghost een soloproject wilde maken. Prequelle laat horen dat Forge ook met nieuwe Nameless Ghouls een volbloed Ghost-album kan maken. Op het eerste gehoor staat er geen kneiter van een hit op à la He Is of Square Hammer, maar onderhuids zet Ghost wel degelijk stappen.
Eerste single Rats is nog een redelijk rechttoe-rechtaan Ghost-nummer. Maar door het album heen worden de eightiespastiches en songfestival-achtige tierelantijnen steeds meer uitvergroot. Het instrumentale Miasma is hiervan een klinkend voorbeeld: niet alleen wordt er opzichtig gehint naar Billie Jean van Michael Jackson, ook toetert er nog eens een saxofoon mee. De pianoballade Pro Memoria heeft een grimmig ondertoontje (‘Don’t you forget about your friend’s death’), Dance Macabre is eightiesdisco van de hardst glimmende apothekerskastplank en Helvetesfonster een hippie-achtig dwarsfluitinstrumentaaltje. Het klinkt allemaal weer als een klok. Een klok die twaalf uur slaat.