The Rolling Stones hebben niets meer te bewijzen. Hun oeuvre telt tientallen klassiekers en al sinds de jaren zeventig zijn ze het grootste rock & rollcircus dat rondreist over de wereld. En hoewel ze al rond de 80 zijn, trekken ze nog volle voetbalstadions. Maar het moet bij Mick Jagger en Keith Richards hebben geknaagd dat hun creatieve hoogtepunten al van zolang geleden dateren.
Hun laatste album met nieuw, zelfgeschreven materiaal was A Bigger Bang uit 2005. Dat The Glimmer Twins zelf de moed nog niet hadden opgegeven, bleek uit de nieuwe tracks die ze zo af en toe op de wereld loslieten: Don’t Stop, Doom And Gloom en vooral Living In A Ghost Town waren op zich prima nummers. Maar de tijd en de concentratie vinden voor een heel nieuw album bleek een uitdaging. Enkele jaren geleden leek het eindelijk zover, maar toen gooide corona roet in het eten. Vervolgens kwam drummer Charlie Watts tamelijk onverwachts te overlijden.
Eind vorig jaar gingen Jagger, Richards en Ronnie Wood alsnog de studio in, met Darryl Jones op bas en Steve Jordan op drums. De productie was inmiddels van Don Was overgenomen door de 33-jarige Andrew Watt, die zijn sporen verdiende bij Iggy Pop, Pearl Jam en Miley Cyrus. Hij tekent op Hackney Diamonds voor een messcherpe, directe sound, die het klassieke Stones-geluid perfect recht doet.
Jagger en Richards brachten flink wat uitstekende liedjes naar de tafel: Angry, Get Close, Whole Wide World en Driving Me Too Hard zouden op elke Stones-plaat een goed nummer zijn geweest. De samenwerking met anderen stond ook onder een gunstig gesternte. Het duet Sweet Sounds Of Heaven (met Lady Gaga) is fantastisch, mede dankzij de prachtige pianobijdragen van Stevie Wonder. En een dienstbare Paul McCartney zorgt voor een solide fundament onder het lekker pittige Bite My Head Off. Allemaal hoogtepunten, die Hackney Diamonds maken tot de beste Stones-plaat sinds Some Girls uit 1978.
Een plaat ook met de nodige melancholie, want twee songs stammen nog uit de laatste sessies in 2020 met Charlie Watts: Live By The Sword (waarop ook Bill Wyman meespeelt) en het semi-disconummer Mess It Up. Het album sluit af met Jagger en Richards op akoestische gitaar en mondharmonica in Rolling Stone Blues van Muddy Waters, een ode aan de blues, die een waardige afsluiting van hun oeuvre zou kunnen zijn. Maar met deze kwaliteit lijkt het onwaarschijnlijk dat Hackney Diamonds hun zwanenzang zal zijn. De wonderen zijn de wereld nog niet uit.
Hackney Diamonds verschijnt 20 oktober.
Ons nieuwe boek!
Bestel ‘m hier.