ABONNEE EN WIL JE VERDER LEZEN?
BEN JE NOG GEEN LID?
Op Hello Young Lovers trekken ze die lijn in een overtreffende trap door. Onconventioneel, dwars en soms hardvochtig. De teksten zijn bijtend sarcastisch, de muziek daarentegen behoorlijk orkestraal. Zo vraagt Ron Mael zich in (Baby, Baby) Can I Invade You’re Country?, met een bos violen op de achtergrond, af wat hij moet doen om eindelijk eens aan de vrouw te komen. Maar Hello Young Lovers is vooral een oorlogsverklaring aan alles wat mainstream klinkt en succes probeert te hebben. De Sparks, die al meer dan dertig jaar op hun eigen manier alles in het werk stellen om het grote publiek te behagen, gooien nu al hun fatsoen overboord. Oké, nog steeds zijn de heren op zoek naar hun favoriete Beatle, maar voor de rest is Hello Young Lovers een overdadige prikkeling voor het geoefende oor. Jammer dat het duo zich naar het einde van de plaat toe vergaloppeert door een simpel idee te grotesk uit te bouwen, waardoor het uiteindelijk aan kracht inboet. Maar ja, de intensiteit van een meesterwerk als Kimono My House (1974) is voor de Sparks sowieso al jaren een onbereikbaar station. Maar hoe meer de broertjes Mael proberen om níet als zichzelf te klinken, hoe meer het typische Sparks-geluid komt bovendrijven. Het resultaat? Een plaat vol tegendraadse weemoed, gemaakt door twee knotsgekke vijftigers die nog steeds mogen. JEAN-PAUL HECK