Ook Igor Herder beweegt zich door het Nederlandstalige muzieklandschap met alleen een voornaam. Kind Aan Zee heet het debuutalbum van de Utrechtse rapper/zanger en begint met ‘Woorden, woorden, woorden, ik hoor / Teveel woorden in mijn hoofd’ (Ik Ben Er). Die letterreeksen moest Igor blijkbaar kwijt, want Kind Aan Zee bevat een stream of consciousness-achtige stortvloed van teksten waarin de twintiger dicht bij zichzelf blijft en soms absurdistisch overkomt.
Deze spraakwaterval is geen rapper-met-grote-bek die verhaalt over briljante egoprestaties van allerlei aard, integendeel: ‘En ik schrijf iets / En ik tik beats / En ik shoot wat / En ik naai wat / En ik werk hard / En ik bereik niets’ (Ik Zweef Alweer). Dat laatste valt wel mee, want Kind Aan Zee is een meer dan redelijk werkstuk en dat komt niet in het minst door de bijdragen van Igors Utrechtse conservatoriumgenoot Noah Hassler-Forest, die niet alleen co-componist/arrangeur is van alle nummers, maar ook met zijn vioolspel glans geeft aan moderne kamermuziek die mede karakter krijgt door de cello’s van Laurence Gaudreaux en Joshua Herwig. Van vette hiphopbeats is geen sprake, wel heeft Oase (met aangename mandolinepartij!) een stemmige Spinvis-vibe. Igor is niet de eerste die rap aan strijkers koppelt (Roots Manuva bijvoorbeeld deed het ruim twee decennia geleden al), maar hij heeft met Kind Aan Zee een aansprekende start gemaakt.