Garbage is boos. Boos! Waarop? De drie zestigers en Shirley Manson namen het nieuws van de afgelopen jaren door en gooiden alle grote thema’s op een hoop. Ze kwamen uit op politiek, corruptie, buitensporig kapitalisme, social media, religieus radicalisme, Black Lives Matter, #MeToo en een scheut feminisme, wat je aan Manson sowieso wel kunt toevertrouwen.
‘The men who rule the world have made a fucking mess’ stelt ze in het militante openingsnummer. Geen speld tussen te krijgen. En vooruit: de niet erg subtiele harde synthrock kun je hier nog functioneel uitleggen. Maar het meer-is-meer-principe blijft leidend op het grootste deel van deze zevende van Garbage. Het levert een bak stevige en nogal pompeuze rocksongs met drukke elektronica op, waarin Manson flink tekeer gaat: ‘Would you deceive me if I had a dick?’ (Godhead). Het sterke rustpunt Uncomfortably Me is welkom, daar schort het een beetje aan op dit album. En aan tekstuele focus. Maatschappelijke betrokkenheid is mooi, maar wellicht kun je als rockmiljonairs beter één thema kiezen dat je echt aan het hart gaat. Dat is er wel, want Manson overtuigt het meest als ze het over misogynie en aanverwante zaken heeft. No Gods No Masters heeft zijn momenten, maar is een erg volle plaat voor de oren. Een bekend probleem bij deze veteranen.