Het is een bekend fenomeen: de opnamesessies voor één album zijn volgens een band zo productief dat er wel twee albums uit voort móeten komen. Voor iedere Amnesiac die zo’n aanpak oplevert, zijn er net zoveel rommelige allegaartjes. En als de eerste plaat in een tweeluik al niet zo denderend was, zijn de verwachtingen helemaal laag gespannen.
Zo ook bij de Australische massaproducenten King Gizzard & The Lizard Wizard, wier laatste worp Flight b741 een vermakelijke maar niet enorm verheffende bluesrockpastiche was. Van die opnamesessies lagen dus nog tien nummers op de plank, die nu voor Phantom Island verrijkt zijn met een heus orkest. Dat geeft dit album in ieder geval een eigen identiteit tegenover zijn voorganger, maar de pompeuze aankleding kan niet volledig verbloemen dat het songmateriaal opnieuw niet helemaal op niveau is.
Mooie nummers als het titelnummer en Aerodynamic, waarin strijkers en blazers daadwerkelijk iets toevoegen aan het muzikale plaatje, wisselen zich af met platte rockers als Deadstick, waarbij de orkestrale bovenlaag vooral een spreekwoord over een aap en een gouden ring in herinnering brengt. Het goede nieuws is dat King Gizzard op een van hun volgende twintig platen – dus binnen een jaar of acht – vast nog wel eens met een orkest aan de haal gaat. Dan hopelijk voor een project met wat meer diepgang.