‘The Wailers will be there, The Damned, The Jam, The Clash, The Maytals will be there, Dr. Feelgood too’, zong Bob Marley in 1977. In Nederland wisten we toen amper wat punk was, laat staan een punky reggae party. In Engeland bleek punk een omvangrijke jeugdbeweging, waarbij ontevredenheid een groot thema was.
Veel Britse steden hadden een groeiende populatie met Jamaicaans achtergrond, die al langer naar reggae luisterde. Ook Britse reggae-acts als Linton Kwesi Johnson en Steel Pulse zetten zich af tegen de heersende orde. Op deze manier vonden punk en reggae elkaar. Zo ging het ook in de eerste punkclubs. Omdat punk nog maar net kwam kijken, waren er voor een dj niet genoeg punkplaatjes om te draaien en werden ze afgewisseld met reggaesingles. Met name dj Don Letts van de Londense Roxy was er een meester in. Deze kruisbestuiving had tot gevolg dat veel bands reggae en punk begonnen te combineren in hun muziek. The Clash gaf het beste voorbeeld. Ze namen zelfs muziek op met reggaemuzikanten als Mikey Dread en Ranking Roger.
Zij staan dan ook met drie songs – waaronder Police And Thieves – op deze 3cd-compilatie. Verder ook sterk door reggae beïnvloede bands als The Slits, The Pop Group en Basement 5. Zelfs Generation X (met Billy Idol) is present met hun obscure en explosieve b-kantje Wild Dub. Naast Britse ska is er ook pure reggae uit die periode, bijvoorbeeld van Dennis Brown, Matumbi, Black Uhuru en Aswad. Roots Rock Rebels biedt een prachtig tijdsbeeld, waarbij helaas de enige twee songs met Punky Reggae in de titel ontbreken: die van Bob Marley en die van Tony Ellis.