ABONNEE EN WIL JE VERDER LEZEN?
BEN JE NOG GEEN LID?
Op Sawdust, gevuld met b-kantjes, soundtrackbijdragen, restmateriaal en een enkel nieuw nummer (het samen met Lou Reed vertolkte en behoorlijk sterke Tranquilize), is ‘t uiteraard ook niet over de hele linie feest, maar wat wil je: restmateriaal heet niet voor niets zo. Toch is ie als geheel een stuk leuker, pretentielozer en onderhoudender dan het megalomane Sam’s Town (2006), al is ‘t maar omdat de bombast grotendeels ontbreekt en er, behalve Tranquilize, nóg een paar verdomd aardige kleinoden voorbijkomen. En dan hebben we ‘t niet over de van de Control-soundtrack bekende Joy Division-cover Shadowplay (want Amerikaanse blaaskaken moeten van Joy Division afblijven) of de intens saaie vertolking van Dire Straits’ Romeo And Juliet maar over, eh, killers als Where The White Boys Dance, overgebleven van de Sam’s Town-sessies en briljant knipogend naar David Bowie anno Let’s Dance. Of die andere twee Sam’s Town-restantjes, All The Pretty Faces en Daddy’s Eyes, waarvan je je afvraagt waarom ze het destijds niet haalden. Gebrek aan poeha? Het is precies de reden waarom de ingetogen pianoversie van het titelnummer van Sam’s Town hier wél overtuigt. Ook leuk: de cover van Kenny Rogers-hit Ruby, Don’t Take Your Love To Town en de door Jacques Lu Cont (Zoot Woman, Les Rythmes Digitales) verzorgde electromix van het nog altijd weergaloze Mr. Brightside. Genoeg om een enorme zit als Sawdust te rechtvaardigen? Dacht ‘t niet. Maar voldoende om Brandon Flowers en zijn mannen nog één keer het voordeel van de twijfel te gunnen. Dat ze met hun cruciale derde studioalbum maar spectaculair door de mand mogen vallen. ERIK VAN DEN BERG