De recensies van het Eurosonic-optreden van de Londense indierockband met de onvergeeflijke naam Sorry waren opvallend positief.
OOR’s Koen Poolman prees vooral de prestaties van zangeres/gitarist Asha Lorenz, ‘die het gif en de cool van Kim Gordon en PJ Harvey in zich draagt’. Hij schrijft over ‘messcherpe gitaarduels’ die Lorenz ‘uitvecht’ met jeugdvriend en bandmaat Louis O’Bryen. ‘Zie haar staan, zelfverzekerd, krachtig, achteloos de boel naar haar hand zetten.’ Ik was er ook bij, die bewuste woensdagavond in het bovenzaaltje van Huis de Beurs, en ik beleefde die show toch anders. Eigenlijk kan ik me alleen in het woord ‘achteloos’ vinden. Lorenz stond er nogal onverschillig bij, vond ik. Ze speelde schijnbaar gedachteloos en ongeïnteresseerd de liedjes van het toen nog te verschijnen debuut 925. Nu ik dat album beluister, komen woorden boven die aan mijn eerdere kwalificaties raken, maar zich precies aan de juiste kant van de dunne scheidslijn bevinden. Flegmatiek, beheerst, cool. Het zijn niet zozeer de gitaarduels die opvallen, maar de creatieve songstructuren, de slimme stijlwisselingen en de duizelingwekkende hoeveelheid details. Hulde voor de ingehouden boer op Starstruck. Het kinderkoortje en de Superorganism-achtige knip- en plakproductie van Ode To Boy mag er ook zijn. Heerlijke plaat. Zal je zien dat Koen Poolman er geen reet aan vindt.