Van anonieme zanger naar ‘motherfucking’ Starboy in nog geen vijf jaar tijd. Het is snel gegaan met Abel ‘The Weeknd’ Tesfaye. En eigenlijk is dat best onverwacht. Op zijn debuutmixtapes – eind 2012 gebundeld en officieel uitgebracht als Trilogy – zong de Canadees met het gekke kapsel nog expliciet over drugs en . . .
ABONNEE EN WIL JE VERDER LEZEN?
BEN JE NOG GEEN LID?
Starboy is zijn eerste Grote Popplaat. Het album voelt en klinkt ongeveer even big budget, futuristisch en retro tegelijk als de laatste Star Wars-film. In de beste nummers, waaronder het dansvloertweeluik Rockin’ en Secrets, klinkt Tesfaye als wijlen de King Of Pop geproduceerd door Daft Punk. Een heerlijke, frisse combinatie. En zo doet The Weeknd over de koers van dit hele album dingen die we hem nog niet eerder hoorden doen. Van schaamteloze autotune-zang (in het G-funky Sidewalks) tot spannende tracks met rock- en trapinvloeden (False Alarm, All I Know, Six Feet Under). Deze bonte verzameling songs en stijlen wordt bijeengehouden door zowel Tesfaye’s stem als invalshoek. Zijn liedjes gaan nu amper meer over betekenisloze drugs en seks, maar in ieder nummer bezingt hij zijn nieuwe favoriete thema (beroemdheid en alles wat daarbij komt kijken) weer met alle scepsis en paranoia die we inmiddels van de zanger gewend zijn. Het succes is hem door het publiek opgespeld en doet hem eigenlijk niet zoveel. Tesfaye zou alle roem en rijkdom inruilen voor iets wat echt voelt. Maar tegelijkertijd voelt niets echt, zijn al die vrouwen alleen maar uit op zijn centen en blijft het eenzame universum van The Weeknd grauw en grimmig. Het geeft Starboy een extra dimensie die bij andere Grote Popplaten doorgaans ontbreekt.