Als kritisch recensent voel ik mij steeds vaker eenzaam. Het lijkt namelijk de bedoeling dat je bij iedere halfgeslaagde commerciële popplaat moet doen alsof je met iets geniaals en baanbrekends te maken hebt. Zelfs publicaties die voorheen weinig slecht konden doen in mijn ogen, zoals The Guardian, strooien met sterren wanneer grote namen iets meer hun best doen dan gewoonlijk. Waar komt het toch vandaan, die neiging om alles wat wordt uitgebracht niet ‘gewoon goed’, maar helemaal geweldig te moeten vinden?
ABONNEE EN WIL JE VERDER LEZEN?
BEN JE NOG GEEN LID?