Transitie wordt vaak voorgesteld als een periode van bevrijding, van het afschudden van een gemankeerde identiteit, een gemankeerd lichaam en het vinden van een modus waarin identiteit en vorm samenvallen – een verlichting. Sarah Walk alias Breymer vertelt op diens debuut onder die naam een genuanceerder verhaal. Het is een terugblik op het proces, van zij naar hen, of eigenlijk meer een verslag, want het lijkt alsof dat proces nog niet helemaal voorbij is.
Dat doet Breymer met het soort IMAX-indie die op het eerste gehoor doet denken aan boygenius (en Phoebe Bridgers in het bijzonder), maar Breymer is kleiner, persoonlijker en vooral oprechter. ‘Haven’t felt much from my medication’ klinkt de verzuchting in Medication. ‘Maybe these pills won’t relieve the aching?’ Zo is het een plaat vol met twijfel en overpeinzingen. ‘If I’m losing a part of me, which part do I want to keep?’ Of later: ‘I don’t like my body / I don’t like my mind / But I need you to love me.’ Dit alles is ingebed in strijkers, achtergrondvocalen en echo, waardoor een particuliere worsteling haast moeiteloos iets universeels krijgt. Empathie voor iedereen, zoals in Darkness, waarin de vrouw van Breymer moed wordt ingezongen, maar iedere luisteraar mag meeleunen op het fundament. En uiteindelijk, in afsluiter Anesthesia, voor de operatie, is er berusting en vertrouwen. Toch verlichting.