Beth Hart, dat is wat mij betreft toch een beetje de artistieke zus van Joe Cocker. Oftewel een zangeres die als een soort tolk fungeert tussen echt goede muzikanten en een publiek dat echt goede muzikanten niet kan waarderen. Of: een witte vertolker van blues, soul en alles wat jazzy is. Harts grootste talent maakt haar helaas totaal irrelevant voor luisteraars die wel naar echte blues, soul en jazz kunnen luisteren.
Dit maakt ook het doorkomen van You Still Got Me tot een taaie opdracht voor zo’n luisteraar, merk ik. Op Harts nieuwste plaat staan elf songs die klinken als een imitatie van het echte werk. Dat begint al bij Saviour, een rechttoe-rechtaan hardrocksong met bluesinslag en een gastbijdrage van überschnabbelaar Slash. Het is niet slecht, maar al een miljoen keer eerder en beter gedaan. Voor meer overtuigende riffs pak je gewoon de oude platen van Led Zeppelin erbij. En tekstueel is het ook geen literatuur. ‘I’m a thrill bitch’, fluistert Hart op een gegeven moment, aantonend dat ze na pakweg 25 jaar in de muziekindustrie niet meer weet waar ze het over moet hebben. De inhoud van You Still Got Me wordt mooi samengevat in het nummer Wanna Be Big Bad Johnny Cash, waarin Hart Johnny Cash imiteert terwijl ze zijn naam dropt. Beth Hart blijft een van de bekendste wannabe’s in het rockwereldje.