festival

Roadburn 2023: vier dagen uitputtende verheffing

Roadburn 2023 begon onder een niet heel gunstig gesternte. In een fraai interview met 3voor12 legde Roadburn-baas Walter Hoeijmakers zijn ziel en zaligheid bloot, en de problemen waarvoor festivals in het algemeen en heavy festival Roadburn in het bijzonder zich gesteld zien. Stijgende kosten, bands die hun tournees niet meer rondkrijgen, de grotendeels buitenlandse bezoekersschare die hun kostenplaatje al helemaal de pan uit zien rijzen en daardoor deels afhaken (het festival was niet helemaal uitverkocht) – het was moeilijk. En dan heeft Hoeijmakers ook nog te maken met een ernstige oogziekte, die hem vrijwel blind maakt.

Fotografie Niels Vinck

Maar het is te danken aan de visie van hem, van Becky Laverty en de rest van het team dat Roadburn toch weer uitsteeg boven de som der delen. Ook zonder de grote namen die misschien wel (maar misschien ook niet) op het verlanglijstje stonden. Daarom: zodra het bandje om de pols zat waren we er weer. Het gevoel dat je bevliegt als je ronddwaalt van de ene zaal naar de andere, te midden van geestverwanten met veel zwart, tattoos en baarden (ze zagen er soms ook heel anders uit, hoor), het genot van het eerste biertje, de eerste bruut uitgeserveerde riffs, het vooruitzicht op moddervette shows, geslaagde of juist faliekant mislukte experimenten en goede gesprekken: de ontvankelijke geest zit in minder dan geen tijd helemaal in Roadburn-sferen.

Daarbij helpt het dat Roadburn zich steeds opener opstelt naar de stad die deze heavy subcultuur zo gastvrij ontvangt. Door bijvoorbeeld het uitgebreide Offroad-programma in verscheidene horecagelegenheden (soms vertrouwd Roadburn-terrein, zoals Cul De Sac en Little Devil), waar zich ook bands vertoonden die de Roadburn-afhaker weer wat bij de les hielden. Omgekeerd omarmt Tilburg de Roadburner, en niet alleen door speciale menu’s (wel erg vaak met hamburgers). In minstens één parkeergarage waren plekken gereserveerd voor festivalgangers.

Donderdag

Roadburn, de eerste dag. Die eerste riffs werden, donderdagmiddag vroeg, dermate bruut uitgeserveerd door Yrre, dat het acclimatiseringsproces in luttele seconden bekeken was. Deze Zwitserse band speelde zijn alternatieve, door sludgende riffs en zwartgeblakerde drones gestutte soundtrack voor de huiveringwekkende horrorfilm The Witch van Robert Eggers (nu bezig met een nieuwe Nosferatu!), en dat helpt natuurlijk.

John Cxnnor is het project van twee Deense broers (Denemarken, Zwitserland, hier ontvouwt zich een lijn), die een bijzonder metalige aanpak loslieten op hun gruizige electrovariant. Dus ijzingwekkende grunts en screams op een flink schurende bedding van synths en ritmische spijkerbedden, theatraal gebracht zoals dat eigenlijk wel hoort bij zo’n aanpak.

Hieruit blijkt wel dat je niet per se gitaren nodig hebt voor het juiste Roadburn-gevoel. En als je die er wel bijpakt, hoeven ze niet eens noodzakelijk door stapels effectapparaten gestuurd te worden, of überhaupt elektrisch te zijn. Neem Grift, een Zweedse (wat zei ik nou net?) folkie die zijn akoestische exemplaar teer doch dwingend betokkelde. De donkere sfeer van zijn melodieën (hij zong in zijn moedertaal), de elektronische achtergrondgeluiden, de meerinkelende belletjes die hij bij sommige nummers aan zijn gitaarhals bond: het paste allemaal bij de sfeer van Roadburn, dat graag verwachtingspatronen openbreekt en op die manier doet aan redefining heaviness – de terechte slogan. Ook bij folky duo Osi & The Jupiter, nadien in diezelfde Next Stage, draaide het om zo’n kampvuurgitaar, met een cello voor de donkere inkleuring.

Ook in The Next Stage (in 013): White Boy Scream, ofwel Micaela Tobin uit de Filippijnen (ik bedoel maar), moederziel alleen op het podium met niets anders dan haar operastem en een batterij elektronica. Beide elementen wrong ze uit tot in het extreme, op een goede manier. Opera-technieken willen bij mij wel eens werken als een rode vlag, maar als daar dan een bak noise bij komt kijken die alle maar dan ook alle losse zaken in de zaal en in & aan onze lijven doet ratelen, en als ze daarmee dan haar ziel binnenstebuiten keert, ja, dan ben ik om.

Zo ook bij Bo Ningen, vier Japanse (de wereld van Roadburn is ook de hele wereld) psychonauten die elkaar in Londen leerden kennen (een van de bandleden woont, of woonde, in Amsterdam) en in The Terminal (onderdeel van de Koepelhal bij de Spoorzone, meer en meer het hart van het festival) juist de buitenkant van de kosmos naar binnen haalde (of andersom). Heerlijk zwevende of juist venijnig schurende psychedelica, priemende gitaren, ratelende elektronica, androgyne zang in het Japans (het Japans!) om de vervreemding nog kracht bij te zetten – een trip om flink uitgedaagd op weg te zweven. Het goede nieuws: Bo Ningen komt nog naar Groningen (Vera, 24 mei).

Predatory Void, uit België, is opgetrokken uit muzikanten die ook huishouden in bands als Amenra en Oatbreaker, soms zelfs in allebei. Dankzij de zang van Lina R., afwisselend ingehouden melodieus en rauw gruntend, ligt de muziek nog het dichtst bij Oathbreaker (dat een andere zangeres heeft, trouwens), en dat viel ook weer niet verkeerd uit. Net zo min als Esben & The Witch, tere folkmelodieën op een soort half elektronische postrock-basis.

We konden nog net een half nummer meepakken van Julie Christmas, genoeg om te weten dat we iets heftigs gemist hadden en veel te weinig om daar meer zinnigs over te zeggen. Zo gaat dat op een festival. We hebben op deze eerste dag nog veel meer gemist dan we meemaakten, maar wat we meemaakten maakte ons een beter, of in ieder geval een beter gehumeurd mens.

Vrijdag

Roadburn, de tweede dag. Deafheaven, Wolves In The Throne Room en al die anderen niet te na gesproken: de klapper van de Roadburn-vrijdag was toch wel Bell Witch, pas luttele dagen van tevoren aangekondigd. Simultaan aan de release van nieuwe album The Clandestine State, deze zelfde vrijdag. Vijf jaar na Mirror Reaper, gewijd aan de dood van oud-drummer Adrian Guerra, is dit opnieuw één langgerekt, uitgerekt nummer van 83 minuten. Live kan het een minuut of wat schelen, maar ze deden het toch maar, dat ene nummer integraal uitvoeren.

Om te beginnen met een langdurige orgelpassage, aangestuurd door de voeten van drummer Jesse Shreibman die bovendien, blijkt veel later, de grunt-vocalen voor zijn rekening neemt. De cleanere, soms bijna liturgisch klinkende zang, en dan bedoelen we niet blackmetalband Liturgy, komt van zessnarige bassist Dylan Desmond, en de rest ook trouwens. Met zijn tweeën sleuren ze de volgepakte en eerbiedig stille grote zaal van 013 door een schier eindeloos durende reis door de tijd, verdeeld in verschillende secties die toch weer bij dat beginpunt uit komen.

De tijd, hoe die verstrijkt, hoe we daar in het Westen tegenaan kijken en hoe dat ook kan (cyclisch bijvoorbeeld), dat is het thema van dit album en van de twee die de geplande trilogie vol moeten maken. De tijd vertraagt, verdraait, vliegt, en zo komen we een kleine anderhalf uur later gelouterd die zaal uit. Een bijzonder verrijkende performance, sterk luister bijgezet door projecties in vertraagd en teruggedraaid zwart-wit.

Het spreekt voor zich dat we daar wel even flink van moesten bijkomen, en dat de set van Wolves In The Throne Room even niet aan onze geteisterde, gelouterd oren besteed was. Hoe goed en meeslepend deze blackmetalband, net als Bell Witch afkomstig uit het noordwesten van de Verenigde Staten, ook tekeer ging, zoveel kregen we er dan weer wel mee. We signaleerden het eerder al, je kunt niet alles op zo’n festival. Dat we op die manier beide sets van Deafheaven (die speelden donderdag ook al) moesten missen, ja, dat schuurt, maar we moesten echt even naar Paradox.

Deze fraaie, intieme jazzclub op spuugafstand van 013 is sinds vorig jaar onderdeel van het Roadburn-universum. Daar zagen we dus het Nederlandse improtrio Under The Surface, met bezige drummer Joost Lijbaart, op een gegeven moment versterkt met haar van White Boy Scream, zie bij donderdag. Zonder elektronica maar met drie levende muzikanten, onder wie collega-vocaliste Sanne Rambags. Precies het soort muziek waarbij een Roadburn-ganger oude stijl wellicht afhaakt (en dus door kan schuiven naar het Offroad-programma), en waarbij de open geest, de ideale grondhouding voor Roadburn anno 2023, helemaal opbloeit.

Net als bij Poil Ueda op hetzelfde podium, ofwel de Franse progrock-achtige groep uit de eerste lettergreep met de Japanse zangeres Junko Ueda, ook bespeelster van de satsuma-biwa, een exotisch soort luit. Ze bezong oeroude verhalen over de demonen buiten èn binnen ons, en alleen al dat maakte haar erg Roadburn. Terwijl die springerig begeleidende Fransen speels herinneringen opriepen aan landgenoten Magma, ooit ook binnen de Roadburn-poorten.

De eerste keer Alison Cotton, donderdag, wisten we te missen wegens gevalletje verkeerde zaal. Het kan de beste overkomen. Vrijdagmiddag legde ze haar traag uitgesponnen vioolslieren over de accordeon-drones van Dawn Terry (voorheen Dave, ook lid van de band Bong), en daar kreeg deze man dan weer prettige Paulive Oliveros-vibes van (hopelijk zegt dat iemand wat).

Eerder deze dag schrokken we al prettig wakker bij de heerlijk technische metal van Ad Nauseam (een naam met meerdere bands, er schijnt ook een grindcoreband te bestaan die zo heet) en de intrigerende mix van elektronica en scheurmetal van Trounce, uit het minder voor de hand liggende Zwitserland.

Zaterdag

Roadburn, de derde dag. De rijen voor Pupil Slicer, terwijl de show al in volle gang was, sloegen onze hoop om daar nog iets van mee te pakken de bodem in. Dus begaven we ons vast naar de belendende zaal – waar de luidruchtige fragmentatiebommetjes van dit gezelschap (een Dali/Bunuel-tributeband wellicht?) nog aardig doorkwamen. Logisch, want The Terminal en The Engine Room – eigenlijk is dat een en dezelfde ruimte in de Koepelhal, onderdeel van de Spoorzone.

Tot zover de topografie. We stonden dus in die Terminal wegens KEN Mode, een Canadese band met veel hardcore in de zang en een heftig doch gelaagd geluid, compleet met wringende drones uit de toetsen en wilde saxpartijen (beide dankzij Kathryn Kerr, het meest recent aangenomen bandlid in hun bijna een kwart eeuw omspannende carrière). Je kunt wel horen dat ze ooit met Curt Ballou van Converge gewerkt hebben, maar oeh, lekker is het. Net als Candy, ook best hardcore, ook best heerlijk. Ze speelden hun album Heaven Is Here integraal op verzoek van het festival, ook echt zo’n Roadburn-trekje.

Net als de compositie-opdrachten die ook nu weer her en der in het programma opdoken. Al klonk de set van Duma en Deafkids, voorbeeld van zo’n opdracht, vooral als een soort geïmproviseerde seance, een goed gesprek met de geesten van de voorouders. Duma is een soort elektronische grindcore uit Kenia en Deafkids is een flink percussief tekeer gaande band uit Brazilië – ik zei al iets over de globale Roadburn-wereld. Dat leverde dan dus een bij vlagen bloedstollende botsing op van verschillende continenten – al waaierde de boel ook wel eens vrijblijvend alle kanten op. Maar dat hoort bij experiment, en dat hoort bij Roadburn.

Dat het Roadburn-publiek wel bereid is om mee te bewegen, bleek wel uit de massale bijval voor Backxwash. Een forse transgenderrapper uit Zambia, nu Canada, die twee avonden achtereen hele zalen vloerde met diepe horrorcore-beats en dito raps over haar ervaringen op dat soort, en allerlei vlakken. Erg Roadburn ook, en niet alleen om die Black Sabbath-sample (uit meteen ook maar het nummer Black Sabbath). Vergeet niet dat Roadburn een zeker verleden heeft met dit soort zware hiphop, zie Dälek. Heel tof om op de playlist vooraf het epos Alles Is Op te horen, op verwante beats, van het grote Antwerpse fenomeen Kleine Crack. Volgend jaar wellicht ergens op dit festival, die gast?

Chat Pile maakte de belofte meer dan waar. Maatschappelijke kwesties aansnijden op hoekige grooves en venijnige riffs: het is erg van nu, erg van Roadburn. De band maakte zich kwaad, het publiek deed daar gretig aan mee en ook dat liep uit op loutering. Zo zal het bij de sobere/sombere eenmansfolk van lui als Broeder Dieleman, held uit Zeeland (en vorig jaar bijna onderdeel van de combi Terzij De Horde met Ggu:ll, maar het hoge volume schrikte hem af) en David Eugene Edwards (voorheen 16 Horsepower) ook gegaan zijn. Maar onze innerlijke reis leidde ons langs andere podia, zo gaat dat dan.

Een flard Edwards (middels een hoofd, even om de deur gestoken) leerde dat die man het wel kan, met akoestisch gitaar en enige drones op de backing track. We keken ook nog heel even bij Sowulo ofwel Nederlander Faber Hornbach, afkomstig uit kringen rond het wonderlijke heidense rituelenfolkfenomeen Heilung dat ons enkele jaren geleden flink van de sokken blies. Maar zonder de middelpuntzoekende kracht van Heilungs spirituele leider Kai Uwe Faust bleef er hier net iets minder van over. Waarna de donkere synthgolven van Boy Harsher onze derde Roadburn-dag in passende kleurstellingen – gitzwart – afmaakten. Niet mijn favoriete nieuwe Roadburn-richting, zulk soort elektronica, maar ieder het zijne. Niet dat er iets mis is met elektronica…

Zondag

Roadburn, de vierde dag. Uitputting dreigde, maar de herinnering aan de mooie ervaringen van de vorige dagen en het vooruitzicht op nog een paar knallers deze laatste dag hielden ons op de been. We werden meteen al niet teleurgesteld door de speciale Roadburn-set van Elizabeth Colour Wheel met Ethan Lee McCarthy van Primitive Man. Frontvrouw Lane Shi (zie ook openingsfoto) is een van de meest opmerkelijke en expressieve vocalisten (m/v/x) op deze Roadburn-editie (en liet een dag eerder in haar abstract-elektronische solo-incarnatie Otay:onii horen hoe experimenteel haar inborst wel niet is), en met rugdekking van McCarthy knalden de kleurrijke gitaarexplosies onder haar stemuitbarstingen nog harder en intenser. Het contrast met de meer ingetogen passages was groot en passend. Oef.

Imperial Triumphant: uiterst brute deathmetal met woest-complexe free jazz in de onderstroom. Huh? Drie muzikanten, soms vier, met goudkleurige maskers. Wat? Een heftige bassolo die reikte tot in de hogere frequentiespectra, en grotendeels vanuit het publiek werd gespeeld. Hou op! Jawel, dit New-Yorkse trio, in een paar nummers uitgebreid met een trombonist (nog eens: huh?), is evengoed gimmick als zeer serieus te nemen muzikantenschap. En vlak de fraaie computer-animaties, met een flinke dot Metropolis, ook niet uit. Maak ze gerust belachelijk als dat je ding is. Mij kon je bij elkaar rapen.

Big Brave: vorig jaar de uiterst welkome opener van de eerste fysieke Roadburn sinds 2019, hier de afsluiter van onze reis door dit schitterende Roadburn-universum. En hoe! De stem van Robin Wattie priemde hoog uit boven massieve klankblokken, opgebouwd uit zware vegen feedback van gitaren en bas. Jawel, bas, dit voorheen basloze Canadese trio is nu een kwartet met een bassist in de gelederen en dat zouden we weten. Die instrumenten werden bijkans in de versterkers geboord, lichamen werden ingezet om die geluiden nog eens flink te kneden, een slag van Wattie op haar snaren was al genoeg om de aarde, of in ieder geval 013 op de grondvesten te doen schudden.

Ook al ging het feest nog even door, met onder anderen Cave-In en Zola Jesus, dit was het voor ons. Het Roadburn dat van tevoren nog de wenkbrauwen deed rijzen wegens reserves omtrent het programma, maakte opnieuw een onuitwisbare indruk. De problemen waarvoor het festival zich om de bekende redenen gesteld zag, bleken in de Roadburn-praktijk uitdagingen die doorgaans heel goed uitpakten. Vier dagen Roadburn, vier dagen uitputtende verheffing.

Gezien: 20 t/m 23 april op diverse locaties in Tilburg

deel dit artikel

Meer:

nieuws

Roxy Dekker wint de Popprijs 2024 tijdens Noorderslag

Roxy Dekker is de winnaar van de Popprijs...
nieuws

Roxy Dekker wint de Popprijs 2024 tijdens Noorderslag

Roxy Dekker is de winnaar van de Popprijs...
column

‘Pitchfork ontneemt mij elk zelfvertrouwen over m’n muziekkennis’

Voordat het boek 2024 definitief dicht gaat, is...
column

‘Pitchfork ontneemt mij elk zelfvertrouwen over m’n muziekkennis’

Voordat het boek 2024 definitief dicht gaat, is...
oor woord

‘Dat is wat Nederlandse muziek zo aantrekkelijk maakt: de nabijheid’

In het vliegtuig terug uit San Francisco belandde...
oor woord

‘Dat is wat Nederlandse muziek zo aantrekkelijk maakt: de nabijheid’

In het vliegtuig terug uit San Francisco belandde...
oor-shop

Bestel de nieuwe OOR! De beste Nederlandse albums van deze eeuw

Met de beste Nederlandse albums van deze eeuw,...
oor-shop

Bestel de nieuwe OOR! De beste Nederlandse albums van deze eeuw

Met de beste Nederlandse albums van deze eeuw,...
festivaltip

C2C: Country to Country haalt de countrysterren van nu naar Rotterdam

De grootste countrysterren van het moment reizen in...
festivaltip

C2C: Country to Country haalt de countrysterren van nu naar Rotterdam

De grootste countrysterren van het moment reizen in...
boek

Fleetwood Mac Compleet laat geen feitje ongemoeid

Voor wie weleens meedoet aan een popquiz zijn...
boek

Fleetwood Mac Compleet laat geen feitje ongemoeid

Voor wie weleens meedoet aan een popquiz zijn...

Meest gelezen

MEEST RECENT

INLOGGEN