festival

Roadburn 2025 tilde de geest op en liet het hart zinderen

Voor het eerst (toch?) viel Roadburn samen met Pasen. Het gaat wat ver om dit festival nou meteen te vergelijken met de Matthäus Passion, de Paasgerelateerde monsterhit van Johann Sebastian Bach, maar toch. Ook op Roadburn kan het gaan om lijden, verlossing, catharsis. De wederopstanding na vier dagen intense festivalbeleving is weer even een ander verhaal.

Fotografie Niels Vinck

De eerste dag: Witte Donderdag

Niet dat ik mezelf zo nodig wil vergelijken met Jezus, aan wiens lijden ruw kruishout te pas kwam, en roestige spijkers. Maar het leven op zich kan een behoorlijke stressfactor zijn. Zo kom ik aardig opgefokt het festivalterrein op, na ontberingen als gezeik op het werk, omrijden, vertraging: zo gaat dat soms. De stress werd bepaald niet minder toen bleek dat de organisatie het statiegeldsysteem voor lege bekers nog ingewikkelder had weten te maken (iets met een button – ook achter de bar snapte niemand er wat van, en die moesten dat dus uitleggen aan dorstige en ongeduldige festivalgangers). En toen kon ik de ingang van de Terminal niet vinden wegens verbouwingsperikelen in de Spoorzone. Eigen schuld, er hingen bordjes genoeg, maar toch.

Maar dan. Dan sta je met, eindelijk, dat biertje in de knuist bij Oranssi Pazuzu en dan gaat het los. Een felle gitaaraanslag, een dreunende oerschreeuw, een diepe synthetische bas, een rauwe machine die uitbreekt in een onontkoombaar ritme, drie climaxen achter elkaar in meteen al het openingsnummer. Het raakt me ergens vlak onder de hartstreek, ik zit er meteen helemaal in. Het bier landt, de muziek ook, de stress is even vergeten. Roadburn is aan, met een band die in heel veel opzichten heel erg Roadburn is – black metal, psychedelica, elektronica, alles. Tot en met de bandnaam – ‘oranje demonen’.  Puur heidendom, tot zo ver dus even de link met dat christelijke lijdensverhaal.

Maar met verlossing en katharsis gaan we nog vrolijk even door. Bij The Body, het Amerikaanse duo dat hier, net als op Le Guess Who?, in de weer is met Dis Fig, Berlijns performer van Chinese komaf. Vervaarlijk beukende drums, gierende en schurende elektronica uit allerlei kastjes (geen toetsen!) en de duiveluitdrijvende kreten van Dis Fig, een mooie tegenstem voor de brulboei van kastjesbespeler Chip King. Dit doet lijf en hart wel zinderen, en tilt de geest flink op.

Kylesa is meer klassiek Roadburn, voor zover zoiets bestaat. Riffs in sludgestijl van de band rond Phillip Cope en Laura Pleasants die na dik acht jaar stilte weer vol overtuiging van zich laat horen. Een blik naar achteren leert waar dit spel van riffs in stonerstijl op uit kan lopen. Talloze hoofden op de oplopende ‘tribune’ van de grote zaal, die simultaan op en neer knikken, in dat comfortabele tempo. Een schitterend gezicht, deze weldadige collectieve ervaring voor en door gelijkgestemden.

The Body + Dis Fig, Oranssi Pazuzu en The Bug

Dat Nederlandse trots The Ex voor het eerst op Roadburn staat is wel en niet verwonderlijk. De band komt niet zozeer uit een heavy scene, maar die wonderlijke snarendans van drie stekelig klinkende gitaristen past wonderwel in de ruimhartige Roadburn-esthetiek. De merkwaardig lichtvoetig klinkende zang van Arnold de Boer lijkt daar op het eerste gehoor wat mee te vloeken, maar als teken van een uitzicht op een betere wereld is zoiets zeer welkom. Dat De Boer daar inspiratie bij haalt van dichters als Walt Whitman (1819-1892) en Joost Oomen (1990) – het klopt net zo als het prettig springerige drumspel van Katherina Bornefeld. En is gitarist en oprichter Terrie Hessels met zijn 70 jaar de oudste muzikant van dit festival? Zeer beslist niet de sufste, eerder de meest enthousiaste.

Alleen wel jammer dat de set van Fire! deels overlapt met die van The Ex. Jammer omdat aanvoerende rietblazer Mats Gustafsson wel in de weer is met die band (en met De Boers soloproject Zea). Maar de snelle wandeling naar de Hall Of Fame (en het per ongeluk voordringen – lange rijen gegarandeerd bij dit kleine zaaltje) blijkt de moeite waard. De rauwe geluiden die Gustafsson vooral uit zijn baritonsax blaast zijn qua timbre niet heel verschillend van een scheurgitaar of een gruntende of screamende zanger, en ook verder valt er in deze hoekige punkjazz genoeg te beleven. De manier waarop Gustafsson stem en dwarsfluit opeenstapelt, Rahsaan Roland Kirk in de overdrive zullen we maar zeggen, is al helemaal mooi genoeg om de ziel een zetje te geven.

De oplettende lezer had al begrepen dat heavy volgens Roadburn niet enkel rust op scheurende gitaren. Bij het Britse collectief Ex-Easter Island Head (ooit in de weer met drummer Charles Hayward van de legendarische avantgardeband This Heat en kijk, ook voor dat soort dwarsverbanden komen we naar Roadburn) trekt met gestemde en gestapelde percussie intense klankbeelden op, die zonder woorden toch genoeg zeggen.

New age en Roadburn – twee uiteinden van het spectrum. Toch? Niet bij Alora Crucible, project van multi-instrumentalist Toby Driver, onder eigen naam later nog eens te zien. Driver bespeelt hier de hammered dulcimer, een snaarinstrument in de vorm van een kast (een soort dressoir, om precies te zijn) waarvan de parelende klanken heel mooi passen bij de pastorale vioolslingers. Heilzaam, werkelijk.

Maar dan is er altijd nog The Bug. In zijn eentje overlaadt Kevin Martin de grote zaal met zijn sonoor slepende beats, duister beukende bassen en stekende echo’s in zijn uiterst elementaire Machines-set. De rookmachines draaiden volop, om deze doeltreffende aanval op de zintuigen extra kracht bij te zetten. De esthetiek van dub, dancehall en bass getransformeerd naar Roadburn, laat dat maar aan festivalveteraan Martin over. Broekspijpen, neusvleugels en lichaamsdelen waarvan je het bestaan niet vermoedt vibreren heftig, de ziel trilt gretig mee. Een toppunt op een bijzonder sterke eerste Roadburn-dag. Heling door muziek, door zo’n festival: het kan. Als het maar hard genoeg staat.

De tweede dag: Goede Vrijdag

Aftrappen met Steve Von Till (openingsfoto), een van de artists in residence op deze editie. Een mooi, identiteitsversterkend trekje van Roadburn, net als de compositie-opdrachten en de speciale sets op verzoek van de programmeur, vaak rond complete albums. Von Till, de man van de vooralsnog op ijs staande, in deze wereld uiterst invloedrijke band Neurosis, maakte een nogal Eno-eske (zei hij zelf ook), oneindig doorklinkende soundtrack bij een expositie van geestverwant Thomas Hooper – tatoeëerder en beeldend kunstenaar.

Bij de v&a in de galerie in kwestie zeggen beide heren uiterst zinnige dingen over creativiteit en schepping, over verbinding en de helende krachten van heavy muziek – en wie is ooit gered door de kracht daarvan? Alle handen omhoog, en dat zal op het hele festival niet anders zijn. Gods woord in een ouderling, werkelijk waar, net als Von Tills poëzievoordracht met geïmproviseerde cellobegeleiding. Von Tills instrumentale, grotendeels elektronische en instrumentale Harvestman-project, later die middag, blijkt ook al aangrijpend en transformatief tegelijk.

Ouderling, zei ik net ouderling? Broeder Dieleman zou zo door kunnen gaan voor zo’n kerkelijke functionaris. Samen met Colin H. Van Eeckhout, ja hij van Amenra, en een vrouwenkoor voor een nog sacralere sfeer, zet hij iets neer wat nog het meest lijkt op een godsdienstoefening. Bij een eerder optreden in een zeer toepasselijke Utrechtse kerk op Le Guess Who?, droeg dat koor nog wit, hier zijn ze uiteraard in passend zwart. In vette Zeeuwse en Vlaamse accenten verkondigen deze Mannen Broeders diepe verhalen van bijbel en geloof, dominee en pastoor in eeuwige vriendschap verbonden.

De Mannen Broeders, Cave In en Gnod + White Hills

Ja, misschien kun je je religieuze metaforen ook te ver doorvoeren, denk ik nog als ik ga buurten bij Messa in de zaal ernaast. Maar bij deze verder niet schokkende Italiaanse band zie ik het licht, of in ieder geval op hun achterdoek. De Ouroboros, de slang die zichzelf in de staart bijt, een spiritueel symbool voor eindeloos en eeuwig doorgaande persoonlijke groei. Oftewel: een archetype, en zo kun je al die religieuze beelden bij Broeder Dieleman en door het hele festival heen (ja, ook bij duivelminnende black metal) natuurlijk heel goed opvatten.

Colin H. Van Eeckhout, CHVE, verbeeldt dat in zijn soloset met minder woorden over God en meer nadruk op die al even eeuwigdurende drone, het zeer aardse fundament onder heel veel muziek uit de Roadburn-school. Van Eeckhout benut vooral de draailier, een schitterend archaïsch instrument waaraan je die drone met een handslinger moet ontlokken. Het leidt tot bijzonder aangrijpende, intense muziek, eigenlijk niet heel veel anders dan wanneer hij zich voegt naar de gitaargestuurde lawaaimuren van Amenra.

En opnieuw voor een doodstille zaal. Al kan ik een enthousiaste kreet niet onderdrukken als hij, hoe mooi, Le Petit Chevalier zingt. Een lied met een diepe lading, op Nico’s Desert Shore van Nico gezongen door Ari, de toen achtjarige zoon die ze had met acteur Alain Delon die hem nooit erkende. Ari leeft intussen ook al niet meer. Diepe snik, zwaar gevoel op de borstkas even. Troost.

The Body doet ’t deze dag in hun oorspronkelijke duovorm (zij het zonder drummer Lee Buford, die zich wegens vliegangst bij optredens overzee graag laat vervangen), met Chip King ditmaal op gitaar. O wat heerlijk compromisloos. Gnod en White Hills doen samen hun ding: jammen en dronen op één akkoord, met toch de nodige stoere rockposes. Beetje voorspelbaar, toch leuk. Thou en Cave-In, Roadburn-veteranen net als Gnod trouwens, beuken allebei op hun eigen manier, ook goed voor een stevige catharsis.

De derde dag: Stille Zaterdag

Toppunt: toch Moor Mother met Sumac, radicale activiste met vrijdenkend rocktrio. Moor Mother was hier jaren geleden voor het eerst met Zonal (zijnde Kevin Martin ofwel The Bug en Justin Broadrick van Godflesh) en dat was al een transformatieve ervaring. En nu weer, met de massieve brokken gitaarherrie van Aaron Turner (lang aanvoerder van invloedrijke postmetalband Isis) op gefragmenteerde rockritmes.

Moor Mother stuurt haar bloedstollende, uiterst urgent overkomende monologen via allerlei effecten de zaal in, waardoor er verscheidene lagen (qua tonen en qua betekenis) bij lijken te komen. Het weerbarstige werk van hun gezamenlijke album The Film (dat nog moet uitkomen) komt hier zeer doeltreffend tot leven. Ik merk dat mijn lijf hier ongeveer net zo op reageert als bij The Bug: de benen in een voorzichtige skank, het bovenlijf in vreemde hoeken bewegend daarbovenop.

Dat hele harde, rauwe en confronterende, daar zijn we ook wel even aan toe na de fraaie, donkere liederen van de laatste paar platen van Steve Von Till. Om deze Neurosis-herrieman bezig te zien achter de vleugel, dat is wel een mooie ervaring, en zijn diepe bariton kruipt beslist onder de huid.

Vyva Melinkolya (fraaie artiestennaam van iemand die eigenlijk Angel Diaz heet) trekt dezelfde, tussen triphop, shoegaze en David Lynch zwevende sferen op als een dag eerder, bij haar set met artist in residence Midwife. En Tristwch Y Fenywod levert duistere folk, met voorop de parelende zithertonen en de soms wel erg heksenverdrijvende zang van voorvrouw Gwretsien Ferch Lisbeth. In intrigerend en welluidend Welsh dat wel. Wanneer klinkt het Fries eigenlijk op Roadburn? O wacht.

Steve Von Till, ØXN en Chat Pile

Meer folk bij ØXN, het project van, onder anderen, Lankums Radie Peat. Ook hier worden heel trefzeker de duistere krachten van onder de Ierse folk omhoog getrokken, met vet aangezette drones en net even meer elektronica dan bij de ‘moederband’. Hoe de Ierse-pubbeleving omgegooid wordt tot een psychedelische ervaring.

Folklore ook bij Kuunatic, het Japanse vrouwentrio dat verschillende ‘etnische’ instrumenten in een Roland-keyboard stopt en daar een soort psychedelische, conceptuele prog van maakt. Alleen: betreft het hier niet een soort bedachte folkore? De driestemmige vrouwenzang doet mij tenminste erg denken aan die van de Finse (of Karelische, eigenlijk) folkgroep van weleer Värttina. Vrolijk word je er wel van.

En zo ligt er toch weer een lijntje met Altin Gün, de Nederlandse band die Turkse volksliedjes tot een aanstekelijk soort psychedelica transformeert. Op papier niet direct een voor de hand liggende act voor Roadburn, maar een festival is een festival en zo verschilt de sfeer in de grote zaal voor een keer niet heel veel van die op de gemiddelde festivalweide die Altin Gün platspeelt.

Met een live-album, twee jaar geleden opgenomen in dezelfde zaal op ditzelfde Roadburn, in de achterzak gaat Chat Pile enigszins op herhaling, al zoekt zanger Raygun Bush wel naar nieuwe grappen (over Cheech & Chong in Amsterdam, onder andere). Goed voor vooral een iets jonger publiek, dat de avond ervoor ook al in de immens lange rij stond voor hun secret show in het Ladybird Skatepark. Mooi fenomeen, die op het laatste moment aangekondigde optredens in die skatehal, akoestisch niet heel geschikt en onder fel priemend tl-licht. Zodoende vliegen de rafels er werkelijk af bij krautrockende psychedelicaridders Bo Ningen uit Japan (dat halen we dan weer wel), in een toepasselijke, fijne underground-sfeer. De onderbuik van zo’n festival.

De vierde dag: Eerste Paasdag

En dan staat Vuur & Zijde op het grote podium van de Terminal. Het eerste optreden van deze band, opgetrokken uit leden van Laster, Witte Wieven en Terzij De Horde. En het allereerste optreden ooit van Siegrid Canrinus. Ze komt al sinds haar negentiende op Roadburn, is dus zeer beslist gevormd door wat hier gebeurt en ja, daar staat ze dan, op dat enorme podium in die grote hal, mensenmassa’s voor zich. In het zwart, sierlijk gesluierd, en zingen!

Beetje onzeker in het begin, maar gaandeweg komt ze los, met haar kristalhelder glooiende zanglijnen op de melancholiek getinte black metal van haar kompanen. Muziek met een diep romantisch hart, gevormd door een moeizame zoektocht naar het juiste format in de liefde (haar eigen woorden), een verslag dus van groei en ontwikkeling. En, in twee nummers, in schitterend welluidend Fries. Deze trotse en ontroerde stadgenoot (Leeuwarden) moet er wel even van slikken.

Waarna de koek bij de heerlijk extreme noise van het Japanse trio Endon op datzelfde podium weer heel anders wordt aangesneden. Lagen van schrapende en schurende klanken waaraan de esthetiek van noise-fenomeen Merzbow, ook Japans, beslist niet vreemd was. Wel zware kost zo op de zondagmiddag, maar op termijn beter verteerbaar dan je zou denken.

Er is weer een nieuw album van Swans in aantocht, maar opper-Swan Michael Gira verschijnt hier in duoverband met oud-bandgenoot Kristof Hahn. Die legt eerst solo een stevige drone neer, op steelgitaar onder andere als ik het van achteruit de volle Next Stage goed zie. Waarna humeurig baasje Gira (71, dus net even een jaartje ouder dan Terrie van The Ex) zich na een minuut of tien erbij voegt voor een soort uitgeklede versie van dat bekende, maar niet minder meeslepende Swans-geluid.

Toch valt ‘t wat lastig te verteren op deze laatste dag, dus naar de uitgang maar weer. Om geconfronteerd te worden met een van de langste rijen in de geschiedenis van dit festival. Waarom stond Michael Gira niet in de grote zaal, hoor je mensen grommen (ook in de Roadburners-groep op Facebook, verder een wondertje van positiviteit en gemeenschapszin). Ja, waarom.

Vuur & Zijde, Michael Gira en Sumac

En waarom wacht het OOR-reportersteam Big Brave niet af, en Bo Ningen, allebei na hun secret shows ook nog op de reguliere grote podia? Waarom misten we Penelope Trappes, Frente Abierto (metal met flamencozanger, misschien daarom wel), Uniform, Violent Magic Orchestra, Gila Band, Human Impact, Haatdrager, Autarkh, pageninetynine en nog heel heel veel verder moois? Omdat we ook maar mensen zijn met een beperkt uithoudings- en opnamevermogen.

Voor deze even gebutste als verheven ziel, na vier intense dagen Roadburn-beleving, blijkt Sumac een logisch slotakkoord. Een dag na hun verpletterende set met Moor Mother komt hun integrale vertolking van The Healer van vorig jaar nog weer een tikje harder aan. De buitengewoon intense heftigheid van dat album – vier nummers in vijf kwartier – wordt hier voor een heel ontvankelijk publiek nog eens extra dik aangezet.

De grenzen van het bas-drums-gitaar-trio, een van de meeste elementaire formats in de rock, raken compleet uit zicht, in zeldzaam brute passages maar ook in stukken heerlijk abstracte improvisatie waarin weer andere uithoeken van je ziel worden geraakt. De geest van übertrio Fushitsusha (van Japans fenomeen Keiji Haino) is vaardig over deze mannen, die fakkel wordt fier vonkend voortgedragen. Ik meen heel even een riedeltje Koko te herkennen, de Haino-klassieker, wat best zou kunnen omdat Keiji Haino een paar niet mis te verstane albums met Sumac gemaakt heeft. (Gratis tip mijnerzijds: maak Keiji Haino volgend jaar artist in residence en alles komt goed.)

Maar voor hetzelfde geld is het een hallucinatie, een visioen, een teken van gene zijde. Iets wat je gemakkelijk kan overkomen na vier dagen gevuld met zulk soort ervaringen. Op de terugweg overdenken we wat het is, dat transformatieve, verheffende, ja zeg maar rustig helende karakter van wat we hier hebben meegemaakt. De doorgaans heel intense, compromisloze muziek? De tomeloze energie? De meezuigende magie van de drone? De collectieve ervaring die van fors meer dan 4000 Roadburners uit allerlei hoeken van de wereld even één maakt? De werking van bepaalde frequenties en stemmingen, die wonderbaarlijke effecten op lijf en hersenen kunnen hebben? De haast profetische muzikale visie van artistiek directeur Walter Hoeijmakers, en zijn team? Hun gemeenschappelijke inspanningen om van Tilburg vier dagen lang even een zwartgekleurd Utopia te maken?

De wederopstanding kan beginnen. Maar eerst die kater de deur uit.

Gezien: 17 t/m 20 april 2025 op diverse locaties in Tilburg

deel dit artikel

Meer:

roadburn
festivaltip

Het heavy festival Roadburn is bijna een way of life, een gevoel

Heaviness, maar dan opnieuw gedefinieerd. Dat doet Roadburn...
festivaltip

Het heavy festival Roadburn is bijna een way of life, een gevoel

Heaviness, maar dan opnieuw gedefinieerd. Dat doet Roadburn...
laatste namen

Roadburn maakt line-up compleet met laatste worp namen

Met een nieuwe reeks namen maakt Roadburn zijn...
laatste namen

Roadburn maakt line-up compleet met laatste worp namen

Met een nieuwe reeks namen maakt Roadburn zijn...
nieuwe namen

Roadburn voegt Big Brave, Gilla Band en Midwife toe aan line-up

Roadburn maakt zijn programma verder compleet met 29...
nieuwe namen

Roadburn voegt Big Brave, Gilla Band en Midwife toe aan line-up

Roadburn maakt zijn programma verder compleet met 29...
eerste namen

Roadburn bevestigt Chat Pile, Kylesa en Altın Gün voor editie 2025

Met Chat Pile, Kylesa en Altın Gün bevestigt...
eerste namen

Roadburn bevestigt Chat Pile, Kylesa en Altın Gün voor editie 2025

Met Chat Pile, Kylesa en Altın Gün bevestigt...
festival

Roadburn 2024: muziek in haar puurste en meest confronterende vorm

Bandje om de pols, biertje in de knuist,...
festival

Roadburn 2024: muziek in haar puurste en meest confronterende vorm

Bandje om de pols, biertje in de knuist,...
nieuwe namen

Roadburn voegt Dool, Xiu Xiu en Inter Arma aan line-up

Roadburn voegt nog eens 22 namen toe. Als...
nieuwe namen

Roadburn voegt Dool, Xiu Xiu en Inter Arma aan line-up

Roadburn voegt nog eens 22 namen toe. Als...
nieuwe namen

Roadburn bevestigt Health, Richard Dawson en Blood Incantation

Eerder voegde het Tilburgse undergroundfestival onder andere Lankum,...
nieuwe namen

Roadburn bevestigt Health, Richard Dawson en Blood Incantation

Eerder voegde het Tilburgse undergroundfestival onder andere Lankum,...
festival

Roadburn 2023: vier dagen uitputtende verheffing

Roadburn 2023 begon onder een niet heel gunstig...
festival

Roadburn 2023: vier dagen uitputtende verheffing

Roadburn 2023 begon onder een niet heel gunstig...

Meest gelezen

MEEST RECENT

INLOGGEN