Goed om te zien dat ook in het Rotterdamse Zuiderpark weer het oude normaal is ingedaald. Na twee jaar afwezigheid kunnen we eindelijk weer echt bandjes checken op misschien wel het gemoedelijkste gratis festival van Nederland. En dus struinen we deze zondagmiddag als vanouds door die wonderlijke, menselijke lappendeken die op het gras is neergestreken en het Metropolis Festival z’n eigen unieke karakter verleent. Rockers, ravers, hippies, hipsters, stoere kale koppen met getatoeëerde bovenlijven, kakelende moedertjes achter kinderwagens, iedereen is weer van de partij en heeft op zijn of haar eigen manier zin in een ‘dagje festivallen’.
Openingsfoto Rosa Quist | Concertfoto’s Govert Kreuk
Door onvoorziene omstandigheden arriveren we pas laat in de middag in het Zuiderpark. Net op tijd voor de laatste liedjes van het Nieuw-Zeelandse Yumi Zouma in de half gevulde Thinkers-tent. Dromerige popliedjes gezongen door een fladderend meisje in een witte jurk. Een aangename binnenkomer waarop het prima wegzweven is, maar of het de gemiddelde Metropolis-ganger beroert is een tweede. Het kleurt netjes binnen de lijntjes, heeft door die melancholieke gitaartjes ook wel wat weg van een naam als Echosmith (die van die grote hit Cool Kids), maar blijft bovenal een prima band om in het zonnetje buiten de tent even een biertje te doen.
Languit luisteren vanaf het grasveld met een ‘pilsie en bakkie vrete’ doen sowieso de meeste mensen vandaag. Dat er bands zijn uitgevallen (They Hate Change en Everyone You Know moeten om verschillende redenen verstek laten gaan) deert niemand. Die vrijblijvendheid kenmerkt Metropolis ook: dan gaan we toch het volgende bandje checken. The Lathums bijvoorbeeld. De Noord-Engelse gitaarband strooit met prima liedjes en doet dat met een enthousiasme alsof ze nu al als support van The Killers voor een volle Ziggo Dome staan. In werkelijkheid moet het viertal uit Wigan het doen met een half volgelopen tent. Dat niemand tijdens het optreden wegloopt om buiten van het steeds stralender weer te genieten zegt wel iets.
We horen traditionele liedjes waarop de voortreffelijke Scott Concepcion de ene keer z’n prachtige Rickenbacker subtiel laat rinkelen (I Know That Much) en even later a la Noel Gallagher of Eric Clapton z’n gitaar fraai laat janken (Artificial Screens). Bonuspunten voor de sterk zingende Alex Moore die met zijn voorkomen niet meteen tot nieuwste posterboy van tienermeisjes zal uitgroeien maar dankzij zijn innemende presentatie iedereen in de tent inpakt. Degelijke songs, invloeden van onder anderen The Smiths, The Coral en Arctic Monkeys, een goeie zanger met een lekker vet Noord-Engels accent (‘Thank-ya Roth-a-am’) en klaar is kees. Goed concert.
Dat geldt ook voor de belofte die al bijna geen belofte meer genoemd kan worden. In de volgelopen Workers-tent speelt Tramhaus – met gitarist Micha Zaat in retro-Feyenoord-shirt – een thuiswedstrijd die niet verloren kan worden. De Rotterdamse postpunkband drukt meteen het gaspedaal in en laat de tent onder meer schudden op een heerlijk jakkerend Beep Beep. Zanger Lukas Jansen schreeuwt de longen uit z’n lange lijf en stuitert over het podium als een op hol geslagen springveer. Mooi om te zien hoe hij regelmatig gitariste Nadya van Osnabrugge opzoekt voor een intiem een-tweetje om vervolgens weer een karatetrap in het luchtledige te geven.
Het zijn inmiddels de bekende liedjes waarmee Tramhaus de boel plat speelt. Het heerlijk dreinende I Don’t Sweat waarop de gitaarlijnen zo krom als een hoepel worden getrokken, die vulkanische uitbarsting genaamd Karen Is A Punk die Jansen triomfantelijk crowdsurfend afwerkt en het compleet compromisloze Amour Amour, het staat vandaag allemaal weer als een huis. Mooi is het eerbetoon aan de bewoners van het even verderop gelegen wijkje Wielewaal die protesteren tegen de sloop van hun huizen. Zij figureren in de vorige week gelanceerde videoclip van Make It Happen, een cynische knipoog naar de Rotterdamse stadsslogan, en worden nu even op het podium gehaald bij wijze van hart onder de riem. Een mooi gebaar van een band waar Rotterdam sowieso apetrots op mag zijn.
De afsluiter van Metropolis 2022 is dan ineens best wel een rare eend in de Rotterdamse bijt. Zeker als we even in de slogans blijven hangen en we die van Metropolis in gedachte roepen: The Best You’ve Never Heard Of. Dat gaat voor veel bands misschien op vandaag ja, maar niet echt meer voor Hang Youth. Prikkelend is het wel om de uitgesproken Amsterdamse band in Rotterdam-Zuid tekeer zien gaan. Rivaliteit 010-020, nee joh, natuurlijk niet. Sterker, frontman Abel laat de eerste instantie propvolle tent uit z’n hand eten en krijgt een warm onthaal als beloning.
En dus glimlacht Rotterdam om de dis Defund De Staat (‘Vind je 1 miljoen al niet een beetje veel, voor een band waar niemand een pokoe van kent’), kijken we om ons heen als Abel erop wijst dat statistisch gezien iedereen naast een VVD-stemmer staat (als opmaatje naar Waarom Stemmen Jullie Steeds Op De VVD) en geven we massaal gehoor aan het verzoek om het bekende Hang Youth-anthem Leg De Zuidas In De As met een vet-Rotterdams accent mee te zingen. 38 liedjes blitzkrieg-punk en minstens evenveel grappen tussendoor, het is een geslaagd en oorverdovend slotakkoord van een ouderwets ‘dagje festivallen’ in Rotterdam.
Gezien: 3 juli in het Zuiderpark, Rotterdam