concert

Yungblud laveert tussen beroerd en briljant in AFAS Live

Hoe vaak komt het voor dat een artiest zijn show aftrapt met een track van bijna tien minuten? Of dat ie – bij een optreden van dit formaat – afsluit met de woorden dat hij over een kwartiertje aan de achterkant van de AFAS Live nog even wat fans komt begroeten? Vanavond bewijst Dominic Richard Harrison a.k.a. Yungblud andermaal something else te zijn.

Dat deed de Engelse twintiger al door eerder dit jaar het ruim negen minuten durende, briljante rockepos Hello Heaven, Hello uit te brengen. Stronteigenwijs als ie is, is het precies die track waarmee hij de eerste Europese show van deze tournee aftrapt. Hartstikke gaaf natuurlijk, zo’n eigengereide keuze, maar doordat het geluid wanstaltig slecht staat afgesteld én Harrisons stem nog niet bepaald warmgedraaid klinkt, vallen vrijwel alle details die het zo’n sterk liedje maken een beetje in het water.

Met dat geluid komt het vrijwel de hele avond niet meer goed: de kickdrum is dusdanig hard dat je trommelvliezen zelfs mét geluidsbescherming naar de filistijnen rammelen. Dat zorgt er ook voor dat het strijkerstrio (dat de liveambities van Yungblud wel goed weergeeft) gedurende de hele show nauwelijks impact heeft. Bij het fraaie Idols pt. 1, de titeltrack van zijn nieuwe plaat, schitteren ze heel, heel even.

Vlak daarvoor klinkt The Funeral, een liedje dat zo uit de koker van My Chemical Romance had kunnen komen: duister thema, hoog meezinggehalte, een lekker laagdrempelige rocksong. Zo is het de hele avond zelden een raadsel waar Yungblud zijn inspiratie vandaan haalt, want de originaliteitsprijs zal de Engelsman niet snel winnen. Tegelijkertijd bewijst hij, tegenover een uitzinnig publiek dat vanaf de eerste seconde volledig uit zijn hand eet, dat er een wezenlijk verschil tussen originaliteit en authenticiteit zit.

Want wát een fantastische en geloofwaardige performer is Yungblud. Ja, hij mag wat minderen met ‘allemaal de handjes omhoog’, maar hoe de beste man als een Duracell-konijn met een manische episode over het podium stuitert en onophoudelijk de boel opzweept, is een lust voor het oog an sich. Rockgoden als Ozzy, Mick en Dave zijn duidelijk niet voor niets groot fan; die eerste bestempelde hem zelfs al eens als ‘the future of rock & roll’.

Daarnaast weet hij donders goed wat ie doet, met het glitterende giletje-met-luipaardprint dat na een half liedje al uit gaat, en die low-rise leren broek die inmiddels zijn handelsmerk is geworden. De ondeugende blikken die hij de vrouwen (en een handjevol mannen) op de eerste rijen toewerpt zijn dan ook niet op twee handen te tellen.

Hij is echter veel meer dan een leuke, aantrekkelijke vent met een guitige koppie en ADHD. Dat blijkt wel als hij bij de cover van Black Sabbath’s Changes alle registers opentrekt. Nu horen we pas écht hoe goed en markant zijn (rock)stem is: rokerig en rauw, maar tegelijkertijd loepzuiver. Wie ook maar iets van het benefiet rondom de band van Ozzy Osbourne mee heeft gekregen, weet dat deze adaptatie van Yungblud tussen al het rockgeweld (Pantera, Anthrax, Metallica) hét hoogtepunt van die middag was. Vanavond is de eerste keer dat ie ‘m weer speelt, en dat doet hem duidelijk iets. ‘Holy fuck’, mijmert hij geluidloos, vlak voordat het derde couplet van het perfect uitgevoerde liedje start, met natte ogen de zaal in turend. Alsof het hem overvalt wat voor impact zíjn versie heeft.

Na dat onbetwiste hoogtepunt is het des te spijtiger dat het geheel daarna als een kaartenhuis ineenstort, met gezapige versies van nog gezapigere liedjes als Fire en Ice Cream Man, waarbij vooral die laatste duidelijk maakt wat voor hemeltergende troep Yungblud in het verleden maakte ten opzichte van zijn dit jaar verschenen vierde plaat. Er zitten letterlijk nul bijzonderheden in, niks dat je ook maar een seconde bij de les wil houden, en het klinkt nog kitscherig ook. Nee, wat dat betreft is het goed dat hij nog een paar jaar heeft kunnen rijpen.

Het slotstuk van de show, met het fraaie, maar zware Zombie (over bang zijn dat je mensen tot last bent), is dan wel weer een voltreffer. Ook hier weer een eigengereide keuze om met een track te eindigen die niet bepaald uptempo is, maar dan een die wél goed uitpakt, temeer omdat het geluid niet meer dusdanig belabberd is dat je er hoofdpijn van krijgt. En dan, haast nog voordat Yungblud goed en wel afscheid heeft genomen van het publiek, sprinten de eerste fans al naar de uitgang. Op naar die meet & greet natuurlijk.

Gezien: 4 oktober 2025 in AFAS Live, Amsterdam

Fotografie: Lisa Hussaarts

deel dit artikel

Meer:

yungblud
nieuws

Aerosmith en Yungblud delen nieuwe opname met Steve Martin

Aerosmith en Yungblud hebben een nieuwe versie uitgebracht...
nieuws

Aerosmith en Yungblud delen nieuwe opname met Steve Martin

Aerosmith en Yungblud hebben een nieuwe versie uitgebracht...
album
Yungblud

Idols

Festivals hebben een chronisch tekort aan headliners. Mochten...
album
Yungblud

Idols

Festivals hebben een chronisch tekort aan headliners. Mochten...
pinkpop

Yungblud is de verpersoonlijking van het nieuwe Pinkpop

Onder de popjournalisten zijn er koplopers en volgers....
pinkpop

Yungblud is de verpersoonlijking van het nieuwe Pinkpop

Onder de popjournalisten zijn er koplopers en volgers....
lowlands

Yungblud heeft alles… behalve de liedjes

Yungblud roept voor de 358ste keer fucking en...
lowlands

Yungblud heeft alles… behalve de liedjes

Yungblud roept voor de 358ste keer fucking en...
album
Yungblud

Weird!

Men zegt dat ik als twee druppels water...
album
Yungblud

Weird!

Men zegt dat ik als twee druppels water...
album
Yungblud

21st Century Liability

De slechts 19-jarige Dominic Harrison uit Londen is...
album
Yungblud

21st Century Liability

De slechts 19-jarige Dominic Harrison uit Londen is...

Meest gelezen

MEEST RECENT

INLOGGEN