What’s in a name? Famous leek lang op weg om het best bewaarde geheim van Zuid-Londen te worden. Het artrockproject van Jack Merrett verkeert al jaren in kringen rondom de Windmill – u weet wel, die beruchte postpunkstal in Brixton, met exponenten als Black Country, New Road en Squid – maar een grote doorbraak zat er nog niet in. Acht jaar moesten we wachten op debuutplaat Party Album. Er moest namelijk eerst nog even afgerekend worden met een persoonlijke crisis. Nu Merrett zich heeft verlost van zijn verstikkende ambities kan hij eindelijk vrijuit creëren.
Foto Jack Lovekin
JE ZOU HET misschien niet verwachten van een act met zo’n ironische naam (probeer de band maar eens te googlen), maar Famous trekt zich wel degelijk iets aan van de buitenwacht. ‘Sinds mijn kindertijd ben ik al geobsedeerd met muziek bezig’, vertelt Merrett vanuit zijn rommelige zolderkamer in Londen, daags voor zijn show op het Rotterdamse Left Of The Dial. ‘Maar na het schrijven van onze vorige EP begon ik me opeens af te vragen: waarom doe ik dit eigenlijk? Het voelde alsof ik geen goed antwoord had op die vraag, in ieder geval niks wat verder ging dan ijdelheid of gewoonte. Toen vroeg ik me af hoe het zou zijn om muziek te maken alsof niemand meekijkt. Torenhoge ambities zijn altijd een rode draad geweest voor dit project, kijk alleen al naar de bandnaam. Ik wilde weten of ik die verwachtingen voor eventjes kon laten varen en iets kon maken waar ík trots op ben. Het album is een antwoord op die vraag.’
HET IS EEN van de vele paradoxen rondom Famous, een band die enerzijds zoekt naar bevestiging, maar tegelijk uitblinkt in eigenzinnigheid. Toegankelijk kun je hun vroege werk ook niet bepaald noemen, daarvan is Merrett zich ook bewust. ‘Haha, ja! Het is vast moeilijk te geloven dat deze muziek gemaakt is door iemand die beroemd wilde worden, daar zit zeker een bepaalde ironie. Zo simpel is het natuurlijk ook niet: als roem het enige doel was, had ik het totaal anders aangepakt. Toch heb ik zeker wel eens nummers uitgebracht waar ik niet achter stond. Ik dacht altijd dat compromissen nu eenmaal onvermijdelijk waren als je succesvol wil zijn. Soms betrapte ik mezelf erop dat ik met bepaalde trends meeging. Dan dacht ik bijvoorbeeld: als ik een nummer maak van 180 bpm, komt het misschien in een Spotify-playlist met weird rock songs of zo. Heel geraffineerd waren mijn plannetjes niet, maar ik had ze wel.’
EN WAT KRIJG je als je al die belemmerende gedachten en strategieën loslaat? Het antwoord gaat schuil in een half uurtje aan intense, ontregelende post-postpunk die alle kanten op schiet. Party Album zit vol noise, snerpende synths, goudeerlijke teksten en natuurlijk die kenmerkende praat-, nee, reutelzang. Alsof ie net is ontwaakt na een van z’n vele benders kreunt Merrett in je oor en dat voelt precies even ongemakkelijk als indringend. Een aanpak die een beetje doet denken aan Lou Reed, een van zijn grote voorbeelden. ‘Hij inspireert me enorm als vocalist. Zijn teksten zijn heel rijk en complex. Het ene moment grappig, dan weer intellectueel, ruw of sentimenteel. Met dat emotieloze stemgeluid lijkt hij zich juist te distantiëren van de teksten, waardoor ze nog harder aankomen. Reed had ook echt een persona, een performatieve persoonlijkheid waarachter hij zich kon verschuilen. Daardoor kun je een stuk eerlijker zijn in je teksten, dat ervaar ik zelf ook.’
Want ook Jack Merrett verandert van gedaante wanneer hij het podium beklimt. De weloverwogen, ietwat slonzige mid-twintiger van achter het Zoomscherm maakt plaats voor een zelfbewuste, expressieve crooner met een nep-Amerikaans accent. Merrett: ‘Dat accent kwam maar half bewust tot stand. Gedeeltelijk komt het ook gewoon door mijn jeugd. Als kind was ik gek op Elvis. Later, toen ik bewust op zoek ging naar mijn artistieke stem, besloot ik – à la Lou Reed – een soort alter ego te creëren. Iemand die cooler en zelfverzekerder was dan ik. Dat accent helpt om meer afstand tussen mezelf en het personage te scheppen.’
NAAST LOU REED, The Beatles en The Beach Boys heeft Famous weinig duidelijke inspiratiebronnen. ‘Voor mij werkt het beter om me losjes te laten inspireren door de muziek die ik luister, zonder er te veel mee verbonden te zijn. Ik merk ook dat ik steeds meer muziek luister die helemaal niks te maken heeft met wat ik doe. Veel klassieke muziek, rap, jazz… Ik wil niet te veel naar vergelijkbare bands luisteren, daar krijg ik stress van. Als het goed is, word ik jaloers en als het slecht is, stoor ik me eraan. Die competitie voel ik niet als ik naar Beethoven luister. Dan kan ik gewoon genieten van de muziek.’
Verwoestend, verwarrend, spottend, melancholisch, hart-op-de-tong: Party Album is een heleboel dingen tegelijkertijd, maar of je ‘m nou moet aanzetten om de feeststemming erin te brengen? Nee, dat lijkt ook Merrett geen goed idee. ‘De titel is een soort grap’, legt hij uit. ‘Ik heb veel geworsteld met verslaving en in de teksten komt dat vaak op een nogal zware manier terug. Met de naam Party Album wilde ik dat in een ander, luchtiger perspectief zetten. Een beetje spotten met mezelf. Ik houd van contrasten: zware thematiek met vrolijke melodieën of bijvoorbeeld hele organische muziek met een futuristische albumcover. Die ambiguïteit en complexiteit zit ook in het leven, dat ook allesbehalve rechtlijnig is. Het leven zet me constant op het verkeerde been. Ik denk dat je pas dichterbij de kern van de dingen komt als je probeert te accepteren hoe paradoxaal het allemaal is.’
PARTY ALBUM is vorig jaar in oktober verschenen.
FAMOUS: 20 jan Paradiso, Amsterdam | 21 jan Botanique, Brussel (B)