Volgens sommigen zijn er vier. Andere bronnen spreken van zes of zelfs acht. Wij houden voor ’t gemak zeven menselijke basisemoties aan, gebaseerd op de bevindingen van gezaghebbend psycholoog Paul Ekman: boosheid, verbazing, verdriet, vrolijkheid, angst, schaamte en afkeer. In de interviewserie Mixed Emotions onderzoeken we in hoeverre ze een rol spelen in werk en leven van muzikanten. Deze maand: Roos Rebergen (36), die een album heeft gemaakt met het Vlaamse SunSunSun Orchestra, waarop werk van haar band Roosbeef gloednieuwe arrangementen met alleen strijkers en Rhodes-piano kreeg.
Boosheid
‘Dat is wel heel erg een drijfveer. Het startpunt van veel van mijn liedjes is boosheid. Of misschien vooral onmacht. Neem het nieuwe nummer waar ik op dit moment aan werk, daar komt veel agressie bij kijken. Niet dat ik dan ga vloeken of zo, maar er speelt wel een zekere drift mee, puur vanwege iets waar ik me aan stoor. Zoiets verschaft me dan een reden om te schrijven, het geeft me energie, dan wil ik iets doen met al die gevoelens. Bijna als therapie. Dat is noodzakelijk voor me. Boosheid richt zich bij mij op allerlei dingen, grote en kleine. Soms ook op mezelf, op momenten dat ik het ingewikkeld of vermoeiend vind om mezelf te zijn. Ik kan me ook storen aan het gebrek aan eerlijkheid of goedheid van mensen. Aan boomers in de supermarkt, die heel agressief zijn en gaan voordringen, en op die manier hun ruimte claimen. Of de dingen die mensen zeggen op het schoolplein. Ik heb het gevoel dat de keuzes die zulke mensen in hun leven maken dan niet helemaal bij mijn eigen normen en waarden passen, en dat kan ik soms slecht accepteren. Al is ’t natuurlijk best lastig om zo in het leven te staan, want je vraagt je vaak af waar je je eigenlijk druk om maakt. Maar meestal vind ik wel dat ik gelijk heb [lacht].’
‘Anyway, het helpt me bij het schrijven. En het is goed dat ik erover kán schrijven. Als ik die uitlaatklep niet had, zou het waarschijnlijk slecht met me aflopen… Ik gebruik ook bewust geen andere kanalen om dingen te uiten. Ik ben niet iemand die op social media gaat posten over Gaza of Black Lives Matter. Daar begin ik gewoon niet aan, anders blijf je bezig en moet je over álles een standpunt innemen. Dat kun je laf noemen, maar het voelt voor mij gewoon niet goed. Misschien ook omdat het zo makkelijk is. En wat zegt het nou als je de ene dag zoiets post en de volgende dag weer een cappuccinohartje? Er zijn ook mensen die alléén maar sociale en politieke betrokkenheid tonen, dat vind ik dan wel weer chic, want dan maak je een duidelijke keuze. Die mensen gelóóf ik. Maar zelf gebruik ik social media alleen voor muziek en updates over m’n werk. Ik post ook niets over mijn privéleven. Begrijp me goed, ik ben niet tegen mensen die dat wél doen, maar ik vind soms de manier waarop ze dat doen wat lui. En hoewel niets doen ook lui kan lijken, voelt dat voor mij wel eerlijker.’
Verbazing
‘Ook een belangrijke emotie voor me. Al gebruik ik dat woord er niet voor. Het is meer verwondering. Dat ik denk: hoe kán dat? Wat ik bijvoorbeeld echt niet begrijp, is dat mensen tegenwoordig allemaal zo ontevreden zijn. En denken dat ze het slecht hebben. Waardoor ze ineens op de verkeerde mensen gaan stemmen. Ik vind dat zulk dom gedrag. Dat klinkt misschien heel hard, maar ik begrijp écht niet dat mensen zo met zichzelf bezig zijn. En zo kortzichtig kunnen zijn. Dat ze niet wat vaker het nieuws volgen, zodat ze de dingen beter begrijpen. Dat is wel een soort verbazing die vaak terugkomt. Ik heb een tijdje in Kentucky gewoond, net toen Trump aan de macht kwam. Over dat laatste werd hier natuurlijk wat lacherig gedaan, maar als je daar zelf een tijdje zit, begrijp je wel waarom zo iemand president kon worden. Dan zie je hoe arm sommige mensen zijn en in wat voor situatie ze zitten, en hoe weinig zorg en hulp er voorhanden is. Daardoor begreep ik ’t iets beter. Maar als zoiets dan ook híer gebeurt, is dat voor mij niet echt te bevatten. Natuurlijk, hier heb je ook armoede en ongelijkheid, maar de voorzieningen zijn wel véél beter. Het merendeel heeft volgens mij echt weinig te klagen.’
Zou je hierover kunnen zingen?
‘Op een subtiel niveau doe ik dat al wel. Al ben ik niet van de protestsongs. Het sluimert meer. Ik heb niet zo de behoefte om schreeuwerig te zijn, of om m’n wijsvinger op te steken. Het moet wel poëzie blijven. En subtiel. Ook omdat ik het niet interessant vind om te zeggen: het zit zo-en-zo. Dat kan iedereen wel. Het blijft bij mij meestal beperkt tot klein verzet. Of ik breng het via een grap.’
Verdriet
‘Ik heb vanochtend nog een filmpje zitten kijken van Tom [Pintens, de vorig jaar overleden spil in de Vlaamse muziekscene, tevens bandlid van Roosbeef], waarop we samen spelen. Het verdriet om zijn dood is nog steeds groot, al merk ik dat ik er niet meer elke dag aan denk. Zijn muzikale geest is ook beslist nog aanwezig op mijn nieuwe plaat: hij heeft tenslotte meegewerkt aan veel van de originele stukken, en hoewel de arrangementen nu vervangen zijn en hij dus niet meer letterlijk te horen is, staan veel van de melodieën nog overeind. Het is allemaal nog steeds heel raar, en verdrietig ook, maar verdriet is eigenlijk wel een emotie waar ik goed mee kan omgaan. Laat ik zeggen: ik ben er goed bekend mee. Ik ben heel vaak verdrietig. Al op heel jonge leeftijd kon verdriet me zomaar overvallen. Soms denk ik dat ik een manier gevonden heb om ermee om te gaan, maar het is iets wat waarschijnlijk nooit overgaat. Het is inmiddels ook iets waar ik niet meer buiten kan. Het hoort al zó lang bij me.’
Vrolijkheid
‘Dat ik heel boos kan worden om relatief kleine dingen, dat heb ik ook omgekeerd: ik kan vreselijk blij worden van iets kleins. Dat je bijvoorbeeld op straat heel even een connectie voelt met iemand, een blik van verstandhouding uitwisselt, over iets raars of grappigs dat je toevallig allebei ziet. Daar kan ik enorm blij van worden. Maar ook van spelen met de band. Gewoon, de originele Roosbeef-bezetting, allemaal vrienden die ik al heel lang ken. Dat we doen wat we doen en daarin groeien, en proberen onszelf opnieuw uit te vinden – dat verschaft me veel plezier. Ook nu weer, met het strijkkwintet. Een mooi moment was bijvoorbeeld toen we voor het eerst de nieuwe versie van Vergeten Groenten gingen repeteren. Ik had op dat moment het arrangement nog niet gehoord, dus ik maakte er kennis mee terwijl ik het zong. Dat was heel indrukwekkend. Het klonk zó aards, zo levensecht, dat hout en die snaren… Zo’n moment roept bij mij héél veel blijheid op.’
Angst
‘Met mijn angsten valt het wel mee, vooral omdat ik altijd wel blijf inzien dat wij het in het westen heel erg goed hebben. En dat ik met m’n muziek in principe kan doen wat ik wil. Angst voor een writer’s block heb ik niet. Ik las laatst een oud interview met Joni Mitchell, waarin haar ook werd gevraagd of ze niet bang was dat de inspiratie ooit opdroogt. Toen zei ze: hoezo, over het leven alleen al kun je zóveel schrijven! En zo is het. Ze zei ook: als je zonder inspiratie komt te zitten, denk je gewoon niet goed na, dan heb je niet genoeg fantasie. Ik beleef heus wel eens een periode dat ik minder schrijf, maar dat boezemt me geen angst in, omdat ik erop vertrouw dat de inspiratie wel weer terugkomt. Ik ben ook niet bang dat mensen op zeker moment niet meer geïnteresseerd zijn in wat ik doe. Dat gebeurt pas als ik er zélf niet meer in geloof. Bovendien: mijn carrière heeft zich eigenlijk altijd op een gelijkmatig niveau afgespeeld. Geen hoge pieken of diepe dalen. Soms zou ik natuurlijk wel een niveautje hoger willen, maar ik weet eigenlijk niet hoe dat moet. Dus ik hou maar vast aan dingen die ik zelf mooi vind, in de hoop daarin te kunnen groeien. En ik vertrouw erop dat dat genoeg is. Ik heb ook niet het gevoel dat als ik met bepaalde trends mee zou gaan, dat ik dan verder zou komen. Omdat er nieuwe generaties zijn die dat beter kunnen.’
En als je ’t breder trekt en naar de wereld om je heen kijkt, zie je dan reden tot angst?
‘Er zijn natuurlijk een hoop zorgwekkende dingen aan de gang, maar ik heb bijvoorbeeld niet het gevoel dat de oorlog meteen hierheen komt. Ik vind dat ook een beetje asociaal om te denken, om alles meteen weer op jezelf te betrekken. Áls die oorlog eenmaal komt, kun je daar toch niet zoveel aan veranderen.’
Schaamte
‘Op het podium heb ik geen schaamte meer, al heeft dat wel lang geduurd. Mensen denken vaak dat ik heel zenuwachtig ben, maar dat is meer m’n houding. Ik praat ook steeds minder op het podium, vroeger kletste ik alles aan elkaar. Al was dat waarschijnlijk ook omdat ik nog weinig nummers had. Nu hebben we veel materiaal om uit te kiezen en voel ik me gesterkt door de groep achter me. Ook de onzekerheid is weg; vroeger was ik nog wel eens bang dat ik iets zou vergeten, maar da’s gewoon een kwestie van oefenen. Ik ben nu minder lui dan vroeger. Schaamte kon me nog wel eens overvallen zodra ik – zeker toen ik moeder werd – te maken kreeg met plekken waar ik lang niet was geweest. Een school bijvoorbeeld. En dat ik me dan moest verhouden tot mensen die ik niet zelf had uitgekozen. Want ik had m’n leven natuurlijk wel zo ingericht dat ik zelf heel erg de baas was over situaties. Ík had ’t voor het zeggen, althans grotendeels. Maar in nieuwe situaties merk ik soms, nog steeds, dat ik heel erg onzeker kan zijn. Dan ben ik bang dat ik iets niet begrepen heb, of iets niet goed geregeld heb voor m’n kinderen, of ergens gewoon niet goed in ben. In Frankrijk zijn en geen woord Frans spreken – dat soort schaamte. Maar dan besef ik meestal al snel dat ik me niet moet aanstellen en gewoon even uit m’n comfortzone moet stappen.’
Schaam je je wel eens voor liedjes of songteksten uit het begin van je carrière?
‘Ja, maar die zing ik dan niet meer. Vergis Ik Mij [uit 2012] is een goed voorbeeld. Een mooi liedje, maar het is een van de weinige nummers waarvan ik de tekst écht niet goed vind. Het punt is: het is heel populair in België, het is er zo’n beetje mijn bekendste liedje. Ook op Spotify staat het ruimschoots bovenaan, met twee miljoen streams. Wat ik heel vervelend vind, ook omdat ik niet weet of je dat weg kan laten halen. Waarschijnlijk niet, hè? [lacht] Maar live speel ik het dus nooit, ook niet als erom geroepen wordt. Ik heb er gewoon geen zin in. Niet per se uit schaamte, maar ik sta er gewoon niet meer achter.’
Afkeer
‘Dat richt zich bij mij vooral op wat ik op social media zie. Mensen die zich overduidelijk profileren als iets wat ze níet zijn, bijvoorbeeld. De lelijkheid daarvan, daar heb ik echt een grote afkeer van. Mensen die heel milieubewust doen en dan een houding hebben van: kijk ons eens! Puur om er zelf beter op te staan en er uiteindelijk zelfs ook geld aan te verdienen. Ik vind dat hypocriet. Heel Amerikaans ook. Ze manifesteren zich als links, maar zijn uiteindelijk vooral met zichzelf bezig. Ik vind ’t goed dat mensen zich erover uitspreken hoor, en dat anderen wakker worden geschud, maar het moet geen greenwashing worden, want dat is gewoon gevaarlijk. En nog even ten algemene: waarom zou je níet milieubewust zijn? Waarom is dat ineens een onderwerp dat breed geëtaleerd moet worden? Ik ben óók milieubewust, maar ik maak er niet zo’n nummer van. Net als van het uitbrengen van een nieuwe plaat: waarom zou ik op social media gaan roepen dat ik er trots op ben? Dat is toch vanzelfsprekend? Of zeggen dat we er heel hard aan gewerkt hebben. Ja logisch, dat doet iederéén toch als ie een plaat maakt of een boek schrijft?’
ROOS REBERGEN & SUNSUNSUN ORCHESTRA verschijnt op 18 oktober.
ROOS REBERGEN & SUNSUNSUN ORCHESTRA: 16 nov DRU Industriepark, Ulft | 18 nov Mezz, Breda | 23 nov Ancienne Belgique, Brussel (B) | 26 nov De Studio, Antwerpen (B) | 5 dec Ha Concerts, Gent (B) | 6 dec TivoliVredenburg, Utrecht | 13 dec Philharmonie, Haarlem | 20 dec Penninckshuis, Deventer | 21 dec SPOT/Lutherse Kerk, Groningen | 22 dec LantarenVenster, Rotterdam | 10 jan Doornroosje, Nijmegen