Er waren tijden dat Bryan Adams niet van de radio te slaan was. Die tijden zijn gelukkig voorbij, zeggen we vanuit het perspectief van de alternatieve muziekliefhebber. Voor wie maar niet genoeg kan krijgen van de koning van de knuffelrock, viel er vrijdag in Ahoy Rotterdam genoeg te genieten.
Fotografie Bert Treep
Bij een concert van Bryan Adams verwacht je niet al te veel podiumspektakel. Geen Pink Floyd-taferelen in Ahoy derhalve. Alhoewel. Vlak voor aanvang vliegt er plots een grote ballon in de vorm van een klassieke oldtimer uitnodigend over onze hoofden. Alsof Adams ons allen vraagt om in te stappen. De vliegende auto heet Doris en is een dikke Amerikaanse klassieker. Bij Bryan Adams reken je toch eerder op een Volvo. Maar goed, daarover later meer.
Slechts twee jaar duurde het voordat Bryan Adams weer naar Nederland kwam. In 2022 stond hij in de Amsterdamse Ziggo Dome, toen nog aan het begin van zijn So Happy It Hurts-tour, die tot de dag vandaag voortduurt. Het grote verschil met toen? Minder nietszeggende albumtracks, meer hits, als we het archief erop naslaan. En zeg nu zelf: dat is waarom het gros van de mensen een kaartje koopt voor een Bryan Adams-concert.
Can’t Stop This Thing We Started, Please Forgive Me, Heaven, It’s Only Love, When You’re Gone, (Everything I Do) I Do It For You, Run To You, All For Love en natuurlijk het onvermijdelijke Summer Of ‘69: al deze Top 40-klassiekers komen in Ahoy voorbij. En dan zijn we er vast nog een paar vergeten. Of je ze kunt uitstaan of niet: het is een indrukwekkend rijtje. Een pijnlijke constatering volgt al snel: zijn laatste notering in de hitlijsten dateert van meer dan twintig jaar geleden.
Een concert van Bryan Adams voelt met zoveel evergreens af en toe als een jukebox waar je een muntje in gooit en die vervolgens zijn riedel afdraait. De Canadees brengt daarentegen subtiel kleur aan in zijn optreden, door te refereren aan zijn tijd als supportact van Tina Turner in de jaren tachtig. Hij noemt Nederland als een van de eerste landen waar hij voet aan de grond kreeg. En we horen ook een saluut aan Nederlands bekendste rockexportproduct, de Golden Earring. Het outro van Kids Wanna Rock – die waren we vergeten! – wordt verweven met het eerste couplet van Radar Love.
De enige echte verrassing op de setlist is Rock And Roll Hell; een nummer dat Adams al in 1982 schreef voor de glamrockers van Kiss. Onlangs bracht Adams zijn eigen versie als officiële single uit. Andere surprises? De cover van Roy Orbison’s Running Scared wellicht, al blijkt na onderzoek dat die song vrijwel iedere avond wordt gespeeld.
Wie Adams pakweg dertig jaar geleden aan het werk zag, merkt vermoedelijk weinig verschil met nu. Kwaliteit verzuurt niet, bewijst Adams, toch alweer bijna 65 jaar oud. Qua stem en fysieke gesteldheid doet hij nog altijd denken aan die jonge, frisse houthakkershemdenrocker die hij ooit was. Het enthousiasme uit die tijd is Adams sowieso niet kwijtgeraakt; hij spoedt zich soepel van links naar rechts over het podium, spoort het publiek regelmatig aan en heeft ogenschijnlijk veel plezier met de rest van zijn band.
De kritische muziekfan zou Bryan Adams als oppervlakkig kunnen neerzetten en dat is grotendeels terecht. Zijn hits ontberen een intellectuele diepgang die het werk van een Bruce Springsteen of tijdgenoot John Cougar Mellencamp wél bezit. Dat betekent echter niet dat Adams niet kan ontroeren: zijn uitvoering van Here I Am, op akoestische gitaar en enkel begeleid door zijn jarige toetsenist, is werkelijk prachtig. En zie daar; bij Straight From The Heart geeft Adams een inderhaast geïmproviseerde boodschap over de verbindende kracht van muziek mee, die – vergeef me de beeldspraak – recht uit zijn hart lijkt te komen.
Bryan Adams is ook vanavond als een nieuw model van Volvo, dat om de zoveel jaar weer uitkomt: nooit verrassend, altijd hetzelfde uiterlijk, een tikkeltje saai, maar bovenal héérlijk om in te rijden. En het belangrijkste is: hij gaat nog vele jaren zonder problemen mee. De volgende keer stappen we ongetwijfeld weer zonder morren in.
Gezien: 4 oktober 2024 in Ahoy, Rotterdam