Ik heb een nieuwe muziek-app. Hij is clean, slim vormgegeven en bevalt voorlopig een stuk beter dan mijn vorige muziek-app. Alleen jammer dat het icoontje nagenoeg dezelfde kleur heeft als een zekere boodschappen-app, waardoor ik voortdurend naar muziek zoek bij de supermarkt-op-wielen en mijn boodschappen doe bij een muziekdienst (‘Sorry, ik kan de artiest ‘granaatappelpitjes’ niet vinden’).
Het is een kleine onvolkomenheid vergeleken met de ophopende frustraties rondom Spotify, verreweg de voornaamste muziekbron van de afgelopen vijftien jaar. ‘Door de forse prijsstijging zeg ik mijn Spotify-abonnement op’, stelde een nieuwssite. Ongeveer de helft van de mensen antwoordde bevestigend. Daar hoor ik dus ook bij. Niet vanwege die prijsverhoging, muziek mag een paar euro’s extra kosten, maar door alle rotzooi die tussen de gebruiker en de muziek in is gaan staan.
In zijn verhaal over Spotify beschreef OOR-vedette Alfred Bos onlangs al hoe de streamingdienst ooit werd opgericht door Zweedse reclamejongens, die muziek vooral zagen als goedkoop hulpmiddel om massaal traffic te genereren. ‘Spotify wil eigenlijk dat jij muziek gebruikt als geluidsbehang’, zo heette het veelgelezen artikel op onze site. Zoveel mogelijk streamen en klikken, dat is de bedoeling.
Het resultaat is een propvolle muziek-app vol verstrooiing. Ik wil geen ‘chill-mix om de werkdag te beginnen’. Ik wil niet ‘omschakelen naar video’. Ik wil niet ‘méér podcast met Gijs Groenteman’. Ik wil geen geweldig treffende aanbevelingen voor concerten (‘Di-Rect speelt bij jou in de buurt!’) of luisterboeken (‘AutismeKracht: jouw gids naar balans als vrouw met autisme’). Ik wil ook geen Taylor Swift T-shirt of persoonlijke videoboodschap van Douwe Bob. Ik wil eigenlijk niet eens Discover Weekly. En ik wil zeker niet weten dat ik afgelopen maand in mijn bubblegrunge-fase zat, terwijl ik doorgaans meer een cottagecore-persoon ben.
Wat ik wil is muziek luisteren. Door mijzelf geselecteerd, in hoogwaardige geluidskwaliteit (nog stééds niet beschikbaar op Spotify) en in de wetenschap dat muzikanten fatsoenlijk worden beloond. Dus open ik genoegzaam mijn nieuwe muziek-app, die zich gedraagt als een ouderwetse muziekbibliotheek en artiesten heel wat beter uitbetaalt dan de Zweden. Ik typ ‘Pulp’, zet mijn koptelefoon op en lees in het zoekscherm: ‘Wilt u CoolBest sinaasappelsap zonder pulp bestellen?’