Wanneer je (jonge) muzikanten vraagt naar hun eerste muzikale held – en dat doen we graag  – wordt niemand vaker genoemd dan Kurt Cobain, meestal gevolgd door ‘Ik was veertien toen…’. Voor de speciale OOR spraken we bekende fans als Tim Hofman en Tramhaus, hieronder verzamelen we nog meer getuigenissen van muzikanten die opgroeiden na het overlijden van de nu dertig jaar geleden overleden grungeheld.
Foto Anton Corbijn
Froukje (2001) in OOR 1 van 2024
‘Op een dag zag ik een jongen lopen in een Nirvana-T-shirt. Dat ben ik thuis eens op gaan zoeken en zo kwam ik bij Cobain uit. Ja, dat was echt iets voor mij. Heel zwaar en toch heel melodieus, daar ben ik wel gevoelig voor in muziek. Ik ben trouwens niet keurig bij Nevermind begonnen, zoals de rest van de wereld. Albums waren op dat moment nog helemaal niet belangrijk voor me, ik speurde gewoon YouTube af en luisterde alles door elkaar. Ik weet nog dat ik Nirvana net ontdekt had en tegen m’n vader zei: dit zou ik best een keer live willen zien. Haha, wist ik veel! Ik was echt teleurgesteld dat Kurt Cobain toen al bijna twintig jaar dood was. Vanuit Nirvana kwam ik wel andere dingen tegen.’
Eloi Youssef (1987) van Kensington in OOR 11 van 2016
‘Toen Nevermind uitkwam, was ik vier of zo, maar je komt die plaat vanzelf een keer tegen in je ontwikkeling. Ik zag Kurt Cobain en dacht: wow, dit is een artÃest! Voor het eerst zag ik een persoon die exact deed wat ik ook wilde. Het begon bij een cassettebandje. Daar stond de eerste helft van Nevermind op en die stopte net voor het eind van Polly. M’n zus en ik luisterden ‘m altijd ’s avonds en bij Polly vielen we dan in slaap. Kan je nagaan, bij Nevermind in slaap vallen… Nu begrijp je pas hoe zwaar en donker die plaat is, het is bepaald geen rustgevend geheel. Ik denk dat als het tapeje nog een nummer had doorgelopen, we ook wel anders in slaap zouden zijn gevallen. Dan heb je Territorial Pissings. Tja, welterusten!’
Maarten Devoldere (1988) van Balthazar en Warhaus in OOR 11 van 2022
‘Ik groeide op in Kortrijk, terwijl mijn oudere broer bij de radio ging werken. Als kind zat ik dus al tussen de 4-tracks en andere opnameapparatuur, met m’n eigen cassetterecorder nam ik liedjes van de radio op. Ik denk dat ik de gitaar van mijn broer voor het eerst oppikte om MTV Unplugged In New York van Nirvana mee te spelen, Come As You Are en zo. Die cassette had ik bij mijn broer gevonden. Zware kost, maar wat iemand zong, boeide me op jonge leeftijd nog niet zoveel, het ging me puur om de klank en de melodie. En Cobain was natuurlijk supermelodisch. Door die schreeuw denken de mensen: ah, Nirvana, echte grunge. Maar het waren heel catchy popliedjes, qua songwriting is het gewoon ABBA.’
Finn Andrews (1983) van The Veils in OOR 7 van 2013
‘Voor mijn generatie is Kurt Cobain een standaard-invloed. Iedereen bij mij op school in Nieuw-Zeeland had Nevermind. Die plaat heeft ook vandaag de dag nog steeds iets onstuimig puberaal rebels. Kurt Cobain deed iets wat ik nog nooit eerder gezien had. Ongelooflijk spannend. Vooral zijn performance op het podium, hoe hij zich helemaal overgaf. Hoewel Kurt Cobain al dood was toen ik naar hem ging luisteren, voelde hij toch van die tijd. Dat hij zichzelf had uitgecheckt maakte zijn impact nog krachtiger. Met Jeff Buckley kreeg je kort daarop een zelfde soort verhaal. Ook hij was dood toen ik naar hem ging luisteren. Ik had het gevoel alsof ik opgroeide in een tijd waarin de grote sterren het helemaal verkeerd aanpakten.’
Mikal Cronin (1985) in OOR 6 van 2013
‘Ik ben opgegroeid in Orange County, Zuid-Californië. De eerste cd die ik kocht, was In Utero van Nirvana toen ik 10 was. En daarna de rest van hun albums; Nirvana was mijn eerste favoriete band. Als kind had ik vaak een oppas die me naar school bracht en in de auto had hij altijd Nirvana aan staan. Prachtig vond ik dat. Ik speelde toen nog lang geen gitaar, maar weet nog wel dat ik rond mijn tiende aan al mijn vriendjes rondbazuinde dat ik een band ging oprichten die Nirvana II zou heten. Dat was geen grap, ik meende het bloedserieus. Nirvana werd gemist en verdiende een waardige opvolger, dat was geloof ik mijn gedachtegang. Het is er nooit van gekomen, misschien moet ik het alsnog doen.’
James Edward Bagshaw (1986) van Temples in OOR 6 van 2014
‘Toen ik een jaar of 12 was, kocht ik MTV Unplugged In New York. Ik speelde al wel gitaar, maar zat nog niet in het hele elektrische verhaal. Dus als ik per se Nirvana wilde ontdekken, moest ik volgens mijn broer eerst deze plaat proberen. Het bleek een prima advies, want zo hoefde ik met mijn nog nauwelijks geoefende oor niet eerst langs die gitaarmuur te luisteren om de essentie van de songs te vatten. Toen ik later alsnog de harde platen van Nirvana ging luisteren, vond ik Unplugged nog mooier, omdat ik toen inzag dat de muziek van Cobain eigenlijk heel erg buiten z’n element was in die akoestische setting. En toch waren de uitvoeringen heel smaakvol en treffend, dat vind ik nog steeds enorm knap.’
Ivo Schot (1990) van Subterranean Street Society
‘Ik luisterde als jongetje naar poppunk als Sum 41 en Blink 182, toen een meisje dat ik leuk vond me op de middelbare school Smells Like Teen Spirit van Nirvana liet horen. Zo! Daarna kreeg ik al snel een verzamelaar cadeau van mijn vader. Zo hoorde ik You Know You’re Right en klassiekers als Polly en Come As You Are. Ik ben een tweede generatie fan, ik was vier toen Kurt overleed, maar ik ben de muziek helemaal gaan uitpluizen. Het eerste nummer dat ik zelf live speelde met een schoolbandje, nog zonder zanger, was meteen Smells Like Teen Spirit. Later, toen ik op de Rockacademie zat, luisterde ik vooral naar In Utero. Dat vind ik nog steeds hun beste plaat. Die fuck you-insteek, de rauwe kwaliteit, dat spreekt me aan.’
Bestel de OOR!
OOR staat uitgebreid stil bij de legacy van Cobain, met onder meer onze eigen encounters met het ongrijpbare fenomeen, de fans van nu, een visie op de betekenis van Cobain in 2024, plus natuurlijk unieke foto’s van Anton Corbijn. Bestel ‘m hier.