In de categorie ‘eigenzinnige jonge muzikanten’ heeft Lucy Dacus zich de afgelopen jaren stevig weten te positioneren. Dat deed de Amerikaanse met twee sterke indiepopplaten en als lid van boygenius, de band die ze samen met Phoebe Bridgers en Julien Baker vormt. Die twee dames leveren ook een bescheiden bijdrage op Dacus’ derde album Home Video.
De liedjes daarop zijn geladen, met een onderhuidse spanning die ze laat afvloeien middels plotse, vervormde gitaarpartijen. Tegelijkertijd zijn de nummers intiemer dan op de voorgaande platen. De arrangementen hebben meer aandacht gekregen, wat de impact van de liedjes vergroot. Een weemoedig echoënde gitaarsolo à la Kristin Hersh in het onderkoelde VBS en de zwevende synths in Thumbs, Brando en Please Stay zijn doeltreffend. Dacus blikt terug op haar verleden, waarvan thuisvideo’s objectieve weergaven zijn, die echter niets prijsgeven over de bijbehorende emoties. Die weet Dacus, die zichzelf serieus neemt maar ook prima kan relativeren, goed voelbaar te maken. In opener Hot & Heavy, met heerlijk soepele drums, beschrijft ze in haar thuisstad Richmond niet meer normaal over straat te kunnen, wat een breuk met haar jeugd markeert. Het intieme pianoliedje Christine gaat over een tanende vriendschap en Triple Dog Dare, de zorgvuldig opgebouwde, zinderende finale, over een gefnuikte jeugdliefde. Met het prachtige Home Video is Dacus definitief volwassen geworden.